Bezittingen en vermogen

Bezittingen en Vermogen

Terug naar navigatie - Bezittingen en Vermogen

Balans        (bedragen x € 1.000)

ACTIVA Werkelijk 2017 Begroot 2018 Begroot 2019 Begroot 2020 Begroot 2021 Begroot 2022
Vaste activa            
- Bezittingen 246.694 266.731 260.313 280.000 300.000 320.000
Vlottende activa            
- Voorraden grondexploitatie 28.608 26.327 20.829 25.000 25.000 25.000
- Vorderingen 8.299          
- Liquide middelen 132          
- Overlopende activa 2.677          
Totaal Activa 286.410 293.057 281.142 305.000 325.000 345.000
             
PASSIVA Werkelijk 2017 Begroot 2018 Begroot 2019 Begroot 2020 Begroot 2021 Begroot 2022
 Vaste passiva            
 - Eigen vermogen 87.318 74.440 79.678 75.000 75.000 75.000
 - Voorzieningen 5.508 7.485 8.509 5.000 5.000 5.000
 - Vaste schulden 164.231 158.231 160.955 180.000 200.000 220.000
Vlottende passiva            
- Vlottende schulden 16.758          
- Liquide middelen            
- Overlopende passiva 12.595          
- Financieringstekort   52.901 32.000 45.000 45.000 45.000
Totaal Passiva 286.410 293.507 281.142 305.000 325.000

345.000

Investeringen en dekking
In 2019 zal een aantal bedrijfsmiddelen worden vervangen. Deze vervangingen moeten plaatsvinden om de lopende bedrijfsprocessen doorgang te laten vinden. Met de vervanging is dus alleen sprake van handhaving van bestaand beleid. Om die reden is het niet meer noodzakelijk dat de betreffende investeringen via afzonderlijke begrotingswijzigingen aan de raad worden voorgelegd. 
Derhalve is het uitgangspunt dat de raad, met het vaststellen van de begroting 2019, tevens goedkeuring verleent aan de jaarschijf 2019 van het "overzicht vervangingsinvesteringen".

 

Vervangingsinvesteringen  (bedragen x €)

Omschrijving Jaar Afschrijvingstermijn Investering (exclusief BTW) Kapitaallasten
Stemhokjes 2019 10 46.038 5.294
Beveiliging dienstverlening stadhuis 2019 10 98.646 11.344
Vervanging kunstgrasveld hockey 2019 10 200.483 23.056
Vervanging kunstgrasveld KMHC 2019 10 145.068 16.683
Sportparken 2019 30 78.516 3.795
Toplagen sportvelden 2019 10 200.000 25.000
Vervanging sportaccomodaties 2019 diverse 120.000 25.000
Maailaadcombinatie A38 2019 10 41.083 4.725
Veegwagen A30 2019 10 19.935 2.292
Stobbevrees W40 2019 10 17.263 1.985
Maaimachine McConnel M99 2019 10 16.398 1.886
Trekker Landini voorlader T91 2019 10 66.502 7.648
VI veegwagen V26 RAVO 540 2019 8 154.769 21.668
Hako V6 2019 8 65.253 9.135
Perscontainer plastic inzamel PC1 2019 10 16.628 1.935
Perscontainer milieustraat PC2 2019 10 29.623 3.407
Minicontainers 2019 10 19.868 2.285
Inventaris Bibliotheek 2019 15 19.706 1.609
Inrichting de Leest 2019 15 62.111 5.072
ICT hardware 2019 3 240.000 83.600
ICT software 2019 5 166.500 35.798

Overigens is het geen automatisme dat onmiddellijk nadat investeringen afgeschreven zijn, vervanging plaatsvindt. Niet altijd is dit nodig. Er worden afwegingen gemaakt over nut en noodzaak, waarbij de te verwachten hogere onderhoudskosten bij het langer in bedrijf houden van bedrijfsmiddelen worden afgezet tegen de kapitaallasten van nieuwe aanschaffingen. Indien het niet noodzakelijk is om tot vervanging over te gaan, kunnen de vrijvallende kapitaallasten worden ingezet ter dekking van hogere onderhoudskosten of vrijvallen ten gunste van het rekeningresultaat.

Niet altijd is het mogelijk om te vervangen tegen oorspronkelijke aanschafwaarde. Ook komt het voor dat de kosten van vervanging gedekt kunnen worden uit het vrijvallend oorspronkelijk krediet + restwaarde van het te vervangen bedrijfsmiddel, maar de restwaarde niet als dekkingsmiddel kan worden ingezet omdat verkoopopbrengsten uit bedrijfsmiddelen volgens de voorschriften als incidentele baat in de exploitatie moeten worden verantwoord. Indien vervanging niet binnen de vrijvallende investeringsmiddelen en/of kapitaallasten heeft kunnen plaatsvinden, maakt het college daarvan bij het voorjaars- dan wel najaarsbericht in de afwijkingenrapportage melding.

 

Nieuwe investeringen
Ook de lasten verband houdend met nieuwe investeringen zijn in de (meerjaren)begroting verwerkt. Door vaststelling van de begroting geeft u de intentie aan deze investeringen te gaan uitvoeren. De definitieve besluitvorming door de raad over investeringen zal eerst plaatsvinden op basis van voorstellen die het college in de loop van het begrotingsjaar zal voorleggen. Het overzicht van nieuwe investeringen:

Omschrijving Investering Planning*
Parkeren bij SSC 200.000 2018
Sloop en sanering De Wierd 200.000 2018
Bouw nieuwe brandweerkazerne 5.000.000 2019
Bijdrage (1/3 van de kosten) in de aanleg van een sportveld 150.000 2019
Renovatie sportcentrum Waspik 3.000.000 2019
Bijdrage (1/3 van de kosten) in de aanleg van een sportveld 150.000 2020
Vervanging toplagen kunstgrasvelden (€ 200.000 per veld) 200.000 2019
Vervanging toplagen kunstgrasvelden (€ 200.000 per veld) 600.000 2020
Bijdrage aan snelfietsroute Waalwijk-Den Bosch 3.500.000 2020
Bijdrage aan snelfietsroute Waalwijk-Tilburg 4.400.000 2020
Bouw en inrichting Museum Plus (exclusief voorbereidingskosten van  € 900.000) 9.000.000 2019
Gebiedsontwikkeling Oostelijke Langstraat (GOL) exclusief snelfietsroute van  € 3.500.000 18.400.000 2019
Aanleg oostelijke insteekhaven 25.000.000 2020

*Dit is de planning van het jaar van gereedkomen in de begroting 2019. Met afschrijving van de investering wordt het jaar daarop volgend gestart.

 

GOL
Sinds de eerste ontwikkeling, het bekend zijn van de bijdrage die onze gemeente hieraan levert en de dekking van de benodigde financiële middelen zijn de omstandigheden nogal gewijzigd. Dit heeft al voor de begroting 2019 geleid tot een nieuwe berekening en een nieuwe dekking. De uitkomsten zijn verwerkt in zowel de begroting 2019 als in deze begroting. Samengevat betekent het dat vanaf het jaar 2020 jaarlijks  520.000 niet door het mobiliteitsfonds gedekte lasten op de begroting komen, ervan uitgaand dat de investeringen in 2019 uitgevoerd worden. Dit is een wel heel optimistisch scenario.

Insteekhaven
Voor de realisering van de oostelijke insteekhaven wordt uitgegaan van een investering van  € 25.000.000. De dekkingsmiddelen hiervoor vormen een bijdrage van  € 7.700.000 van de provincie Noord-Brabant en verkoop van gronden voor ruim  € 16.000.000. Hierna resteert een niet gedekte kapitaallast van jaarlijks ruim  € 300.000. In de begroting vanaf 2021 is hiermee rekening gehouden (voor een bedrag van  € 350.000). Er wordt dan vanuit gegaan dat de insteekhaven nog in 2020 in gebruik genomen wordt. 

Museum Plus
De lasten van de voorgenomen investering in- en exploitatie van het Museum Plus zijn in de begroting gedekt op basis van eerdere aannames: voorbereidingskosten ter grootte van  € 900.000, een investering in bouw en inrichting van  € 9.000.000, kapitaallasten van  € 280.000 en een bijdrage van de gemeente in de jaarlijkse exploitatie van  € 550.000. Daarnaast zal de door het stichtingsbestuur te betalen huur door de gemeente in de vorm van subsidie worden vergoed. In de begroting is ervan uitgegaan dat het Museum Plus in 2019 in gebruik wordt genomen en dat de hiervoor vermelde middelen (€ 550.000 +  € 280.000 + subsidie in huur -/- te ontvangen huur) vanaf 2020 structureel beschikbaar zijn.
In het begrotingsjaar 2019 zijn de reguliere middelen (subsidie van  € 383.203 en te ontvangen huur van  € 90.713) beschikbaar alsmede een (aanloop)budget van  € 342.000 (€ 35.000 vanuit 2018 +  € 307.000).

 

De belangrijkste reserves en voorzieningen
De belangrijkste reserves zullen zich naar verwachting als volgt ontwikkelen: 
(bedragen x €)

  01-01-2018 01-01-2019 01-01-2020
Algemene reserve 7.300.000 6.200.000 8.300.000
Beleidsreserve 2019-2022 0 6.500.000 3.300.000
Reserve Grondexploitatie 13.200.000 4.800.000 4.400.000
Reserve mobiliteitsfonds 6.800.000 6.800.000 6.800.000
Reserve onderwijshuisvesting 5.400.000 4.600.000 3.900.000
Reserve Parkmanagement 4.700.000 4.700.000 4.700.000
Reserve Haven Waalwijk 2.500.000 2.500.000 2.500.000
Risicoreserve transities 2.000.000 2.000.000 2.000.000
Reserve revitalisering Haven I t/m VI 2.100.000 2.100.000 2.100.000
Totaal 44.000.000 40.200.000 38.000.000

In de berekening is rekening gehouden met in de begroting voorgenomen onttrekkingen en toevoegingen. In werkelijkheid kunnen bedragen afwijken. Zo kan bijvoorbeeld niet geanticipeerd worden op jaarrekeningresultaten en resultaten (winstnemingen) uit de exploitatie van gronden. De verwachting is gerechtvaardigd dat de feitelijke standen in positieve zin zullen afwijken.

De belangrijkste voorzieningen die per 1 januari 2019 aanwezig zijn:

(bedragen x €)

Diverse complexen grondexploitatie 2.100.000
Afvalstoffenheffing 2.000.000
Verplichtingen wet APPA 1.600.000
Riolering  800.000
Onderhoud gebouwen 400.000
Openbare verlichting 500.000