Begrotingen 2022-2025 op hoofdlijnen

De begrotingen 2022-2025 op hoofdlijnen

Terug naar navigatie - De begrotingen 2022-2025 op hoofdlijnen

Begrotingsbeeld na Kadernota 2022 en Meicirculaire 2021, met technische aanpassingen begroting 2022

De begroting wijkt in positieve zin af van het financieel beeld dat bij de Kadernota 2022 c.q. Meicirculaire 2021 aan uw raad is gepresenteerd. 
Bij de samenstelling van de begroting 2022 zijn nog 6 categorieën wijzigingen doorgevoerd, die (per saldo) hebben geleid tot een verbetering van het financieel beeld. Zie onderstaande tabel:

bedragen x € 1.000 / V = voordeel / N = nadeel 2022 2023 2024 2025
Kadernota 2022 V          10 V    127 V        903 V    1.312
a. Wijzigingen uit raadsinformatiebrief 67-21 Meicirculaire 2021 V        192 N    288 N        705 N       768

Na Meicirculaire 2021

V        202 N    161 V        198 V       544
         
Technische aanpassingen bij samenstelling begroting 2022: V     1.477 V     574 V        918 V        845
b. Compensatie extra lasten jeugdzorg V     2.201 V     889 V        722 V        520
c. Wijzigingen n.a.v. raadsbehandeling Kadernota 2022 N     1.293 N     749 N        380 N        380
d. Effect rente (omslagrente van 1,5% naar 1,0%)  V         237 V     341 V        572 V        605
e. Effect van (technische) doorberekeningen aan afvalstoffenheffing en rioolrechten V         117 V     131 V        145 V        155
f. Technische aanpassingen V         215 N        38 N        141 N           55
         
Financieel beeld 2021 - 2024 voorafgaand aan actualisering begroting V     1.679 V     413 V    1.116 V    1.389
Waarvan toevoeging aan algemene reserve in 2022 N     1.679      
Indicatie meerjaren raming begroting 2023 - 2025 0 V     413 V    1.116 V     1.389

Een nadere korte toelichting op de wijzigingen a. tot en met f. is opgenomen in de inleiding van de Begroting 2022 onder punt 1.
Zoals in die toelichting is aangegeven, wordt op deze plek een verdere toelichting opgenomen over punt b. compensatie extra lasten jeugdzorg (extra rijksmiddelen algemene uitkering):

a. Raadsinformatiebrief 67-21
Met ingang van de begroting 2022 wordt op een deelpost op product 914 de algemene uitkering geraamd die aansluit op de circulaires van het rijk. Eventueel toegezegde (maar nog niet in circulaires opgenomen bedragen) extra rijksmiddelen worden op een andere aparte post binnen product 914 opgenomen.
In raadsinformatiebrief 67-21 d.d. 8 juli 2021 (aanvullende financiële informatie Kadernota) zijn de via de algemene uitkering te verwachten bijdragen voor de kosten jeugdzorg opgenomen. Daarbij is aangegeven dat extra middelen voor 2022 zullen worden opgenomen in de septembercirculaire en dat dit voor 2022 verwerkt wordt in de begroting 2022 (informatie is immers ook formeel en zeker). Daarbij is aangegeven dat we dit vanwege de onzekerheden over de hoogte van de bedragen nog niet voor de jaren 2023 en verder gaan verwerken.

b. Nadien ontvangen aanvullende informatie over extra middelen dekking uitgaven jeugdzorg: afspraken Rijk-IPO-VNG over stelpost Jeugd 2023 - 2025
Half juli 2021 is in vervolg op de informatie uit de eerdere raadsinformatiebrief bekend geworden dat gemeenten 75% van de bedragen waar de Arbitragecommissie van uit gaat, mogen opnemen in hun meerjarenbegroting voor de jaren 2023 tot en met 2025. Het bedrag in 2022 mag geheel worden opgenomen. De provinciaal toezichthouders hebben dit onderling inmiddels afgesproken; wij hebben daarover op 20 juli 2021 ook bericht ontvangen van de Provincie Noord-Brabant. Als gemeenten op eigen initiatief voor 2023 en verder al een stelpost hadden opgenomen, leidt dat tot een aftrekpost om het budgettair effect in de eigen begroting te bepalen.
Voor Waalwijk betekent dit nu (bedragen * € 1.000): 

  2022 2023 2024 2025
Compensatie extra lasten jeugdzorg 100% 3.301 3.652 3.429 3.160
75% voor 2023-2025 n.v.t. 2.739 2.572 2.370
Al in actualisering begroting 2021 n.v.t. -750 -750 -750
In Kadernota 2022 -1.100 -1.100 -1.100 -1.100
Extra t.o.v. Kadernota 2022 2.201 889 722 520
Opgenomen begroting 2022-2025 3.301 2.739 2.572 2.370

Op de regels "Al in actualisering begr. 2021" en "In Kadernota 2022" staan de bedragen waarmee bij de raming van de algemene uitkering al eerder is rekening gehouden (op post 6914012 / 843102).
Deze bedragen komen dus in mindering op de 75% van de (indicatieve) extra bedragen ter compensatie van eerder in de begroting opgenomen lasten jeugdzorg.
Op de onderste regel in de tabel hierboven is te zien wat feitelijk nu in de meerjarenbegroting 2022-2025 aan extra tegemoetkoming is opgenomen.

 

Beleidsreserve 2019-2024

Van het verloop van de reserve in de begroting kunnen we het volgende beeld geven:

Bedragen x € 1.000 werkelijk 2019 + 2020  begroot 2021 begroot 2022 begroot 2023 begroot 2024 TOTAAL
Beleidsveld 0
vorming beleidsreserve 0         6.500
aanvulling beleidsreserve 0 1.013       1.013
reserve 4 programma's -1.000         -1.000
zaterdagopenstelling -100         -100
nieuwe manier van werken Griffie -160         -160
datagedreven werken -105 -180 -180     -465
Beleidsveld 1
ontwikkelbudget programma veiligheid -139         -139
pilot wijk-GGZ -11         -11
ambities veiligheid   -152 -152     -304
budget handhaving -100         -100
preventieve interventie basisschoolleerlingen   -136 -163     -299
Beleidsveld 2
mobiliteit -142         -142
Beleidsveld 3
programmamanagement binnenstad en economie -400         -400
ontwikkelbudget binnenstad en economie -269         -269
smart city -135         -135
continuering programma economie   -200 -200     -400
Beleidsveld 4
Waalwijk stad kennis en talent
  -125  -125      -250
Samenwerking Tilburg University   -25 -25  -25 -2  -100
Beleidsveld 5
bijdrage aanleg twee sportvelden (vervallen)            
integrale GO aanpak -300         -300
Uitvoering evenementenbeleid   -33 -33     -66
Culturele projecten in sociaal domein   -20 -20     -40
Tegemoetkoming waardevolle bomen particulieren   -12 -12     -24
Beleidsveld 6
 Nieuw jeugdbeleid    -120  -120      -240
 Echtscheidingsloket    -125  -100      -225
 Integratiebeleid arbeidsmigranten   -50  -50      -100
 Schuldhulpverlening   -70  -70      -140
Beleidsveld 7
programmamanagement duurzaamheid -200         -200
ontwikkelbudget duurzaamheid -150         -150
Beleidsveld 8
implementatie omgevingswet -600         -600
Uitwerken fysiek domein   -450 -450     -900
TOTAAL -3.811 -685 --1.700 -25  -25  254

Per eind 2024 resteert een reserve van € 254.000. Hieraan is nog geen nadere bestemming gegeven.

 

Toetsingskader van de Provincie Noord-Brabant voor de begroting 2022

In 2020 is het Gemeenschappelijk financieel toezichtkader 2020 gemeenten (GTK 2020) vastgesteld. Het GTK 2020 is een gezamenlijk product van de 12 provincies. Om de uniforme uitoefening van het financieel toezicht te bevorderen is het GTK door alle provincies vastgesteld en geldt voor alle gemeenten in Nederland. Het vorige toezichtkader dateerde van 2014 en was aan vernieuwing toe. Redenen hiervoor zijn forse wijzigingen in het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) en diverse nieuwe door de commissie BBV uitgebrachte notities. Daarnaast  is er eind 2018 een 'Agenda toekomst van het (interbestuurlijk toezicht' (de Agenda) aan de Tweede Kamer aangeboden. In de Agenda zijn door het Rijk, Interprovinciaal Overleg (IPO) en Vereniging van Nederlandse gemeenten (VNG) gezamenlijk afspraken gemaakt over de veranderingen in de wijze van toezicht houden.

De opgave is het goed functioneren van het openbaar bestuur in een veranderende samenleving. In de Agenda worden de volgende 5 actielijnen genoemd:

  1. Versterken verbinden horizontale controle en verticaal toezicht
  2. Beter voeren dialoog
  3. Beter leren van toezicht
  4. Uniformeren uitvoering toezicht
  5. Toezichthouder richt zich op gedeelde risico's

In vervolg op dit Toezichtkader is door de Provincie op 29 april 2021 de begrotingscirculaire 2021 uitgebracht. Deze circulaire bevat actuele onderwerpen die van belang zijn voor de samenstelling van de begroting 2022 van gemeenten: 

  • Notitie grondbeleid in begroting en jaarstukken (juli 2019, notitie van de commissie BBV).
  • Notitie materiële vaste activa (januari 2020, notitie van de commissie BBV).
  • Notitie hoofdlijnen van het BBV (februari 2020, notitie van de commissie BBV).
  • Inzicht in de structurele begrotingspositie, goed toepassen van de BBV-notitie structurele en incidentele lasten.
  • Handreiking  vanuit de Provincie over kapitaallasten nieuwe (her)investeringen (juli 2020).
  • Herijking gemeentefonds / verdelingssystematiek.
  • Raming van baten en lasten sociaal domein, met het onder voorwaarden vanaf 2022 mogen opnemen van een stelpost "uitkomst onderzoek jeugdzorg".
  • Wijze van verwerking van de ruimte onder het plafond van het BTW-compensatiefonds (BCF) in de raming van de algemene uitkering.
  • Uitstel invoering Omgevingswet  naar 1 juli 2022.
  • Rechtmatigheidsverantwoording college, ander rol accountant vanaf het boekjaar 2021.

Na deze brief zijn vanuit de Provincie nog twee belangrijke aanvullingen ontvangen:

  • Op 20 juli 2021 is een bericht ontvangen over de raming van nog van het rijk te ontvangen compensatie extra lasten jeugdzorg. In vervolg op eerdere informatie mogen gemeenten 75% van de bedragen waar de Arbitragecommissie van uit gaat, opnemen in hun meerjarenbegroting voor de jaren 2023 tot en met 2025. Het bedrag in 2022 mag geheel worden opgenomen. De provinciaal toezichthouders hebben dit onderling afgesproken en bericht aan alle gemeenten. Wij hebben deze extra compensatie als stelpost onder de baten algemene uitkering in de begroting 2022 verwerkt.
  • Op 3 augustus 2021 is een handreiking "Verduidelijking structurele en incidentele baten en lasten" ontvangen, die meteen in de begroting 2022 moet worden toegepast.  Gebleken is dat een onduidelijke definitie in de eerdere BBV-regelgeving tot verschillende interpretaties van de begrippen “incidenteel” en structureel” hebben geleid, zowel bij gemeenten als tussen gemeenten en de provincies als toezichthouder. Op zich bevat deze handreiking geen nieuwe regelgeving. Door het toepassen van deze handreiking is het mogelijk dat posten, die een gemeente bij de begroting 2021 heeft opgenomen op het overzicht van incidentele baten en lasten, nu niet meer opgenomen kunnen worden bij de begroting 2022. Ook is het mogelijk dat er posten ontbraken op het overzicht van incidentele baten en lasten bij de begroting 2021, die nu toegevoegd moeten worden op het overzicht van incidentele baten en lasten bij de begroting 2022. Door het niet meer opnemen of toevoegen van posten op het overzicht van incidentele baten en lasten, kan het structureel en reëel saldo van de begroting 2022 negatief beïnvloed worden. Als een gemeente alleen hierdoor niet meer in aanmerking zou komen voor het gebruikelijke repressieve toezicht, zal de Provincie Noord-Brabant in dat geval terughoudend zijn bij het instellen van preventief toezicht voor het begrotingsjaar 2022. Dat is éénmalig; bij de begroting 2023 zal dat niet meer het geval zijn. Wij hebben in september 2021 met de Provincie nader overleg gehad over toepassing van deze handreiking op de actuele begrotingscijfers van Waalwijk. Het uiteindelijke resultaat daarvan is opgenomen bij de overzichten van lasten en baten

Van de begrotingscirculaire en de aanvullende berichten van de Provincie hebben wij kennis genomen. Wij zijn van mening dat de begroting van de gemeente Waalwijk conform de wettelijke eisen en de door de Provincie gedane aanbevelingen is samengesteld. 

Tarieven

In de paragraaf lokale heffingen is  in deze begroting een uitgebreide toelichting op belastingen en heffingen opgenomen. Alle daarvoor in aanmerking komende tarieven zijn, op basis van de door de raad vastgestelde nota van uitgangspunten voor de samenstelling van de begroting 2022, aangepast met het inflatiepercentage van 1,5%. De tarieven voor afvalstoffenheffing en rioolheffing zijn kostendekkend, zo nodig met inzet van middelen uit de bijbehorende voorzieningen. De tariefvoorstellen 2022 komen (met uitzondering van OZB, leges en reclamebelasting) gelijktijdig doch separaat van de begroting 2022 op 4 november 2021 in de raad aan de orde. De voorstellen voor OZB, leges en reclamebelasting volgen daarna in de decembervergadering van de raad.