Begrotingsbeeld na kaderstellend debat en Meicirculaire 2023, met technische aanpassingen begroting 2024
In deze Programmabegroting 2024 zijn de effecten van de raadsbesluiten tot en met 1 augustus 2023, de vertaling van de Kadernota 2024 en de effecten van de Meicirculaire 2023 verwerkt. Verder is de begroting in technische zin samengesteld, mede gebaseerd op de door uw raad op 22 juni 2023 vastgestelde Nota van Uitgangspunten voor de samenstelling van de begroting 2024. De begroting wijkt iets af van het financieel beeld dat na de Meicirculaire 2023 aan uw raad is gepresenteerd.
In onderstaande tabel wordt het effect van de incidentele baten en lasten voorafgaand aan de begroting 2024 gecorrigeerd omdat de incidentele baten en lasten bij de begroting 2024 opnieuw worden bepaald (zie voorlaatste regel in de tabel).
Bedragen (afgerond) x€1.000 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | ||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
V = voordeel / N = nadeel | V/N | V/N | V/N | V/N | ||||
Kadernota 2024 (incl. incidentele baten en lasten) | V | 211 | V | 2.745 | N | 4188 | N | 7.532 |
Effecten Meicirculaire 2023 uit raadsinformatiebrief 072-23 | V | 1.078 | V | 172 | N | 1.958 | N | 42 |
Na Meicirculaire 2023 (=A) | V | 1.289 | V | 2.917 | N | 6.146 | N | 7.574 |
Wijzigingen begroting 2024 | ||||||||
1. herberekening salarissen | V | 740 | V | 659 | V | 657 | V | 657 |
2. herberekening rente leningen en kapitaallasten | N | 476 | N | 667 | N | 2167 | N | 1.802 |
3. effecten begroting verbonden partijen | N | 261 | N | 261 | N | 261 | N | 261 |
4. effect doorwerking in reserves en voorzieningen | V | 306 | V | 489 | V | 855 | V | 1.000 |
5 overige technische bijsteliingen | N | 50 | N | 4 | N | 30 | V | 131 |
Totaal technische aanpassingen bij samenstelling begroting (=B) | V | 259 | V | 216 | N | 946 | N | 275 |
Programmabegroting 2024: Financieel beeld 2024-2027 (=A+B) | V | 1.548 | V | 3.133 | N | 7.092 | N | 7.849 |
Bijstellen incidentele baten en lasten (t.o.v. stand Actualisering begroting 2023) | V | 72 | N | 110 | N | 357 | N | 328 |
Structureel begrotingssaldo 2024-2027 | V | 1.620 | V | 3.023 | N | 7.449 | N | 8.177 |
Toelichting op (technische) wijzigingen in de begroting 2024
De nu voorliggende Programmabegroting 2024 wijkt iets af van het beeld dat in raadsinformatiebrief 072-23 (d.d. 27 juni 2023 n.a.v. meicirculaire 2023) aan de raad is gepresenteerd. Dat komt omdat zoals gebruikelijk een aantal technische aanpassingen in de begroting is verwerkt. Dit geeft altijd verschillen, die ook per jaar anders kunnen zijn. Dit betreft de volgende onderwerpen:
1. herberekening salarissen: voor de CAO stijging 2023 is bij het Voorjaarsbericht 2023 (structureel) gerekend met een gemiddelde. Doordat we gemiddeld net iets meer hogere schalen hebben en daar de stijging procentueel iets lager is, leidt dit tot een voordeel. Daarnaast hebben we per saldo ook te maken met een feitelijk lagere inschaling bij bezetting van nieuw functies / vacatures.
2. herberekening leningen en kapitaallasten: in de Nota van Uitgangspunten voor de begroting 2024 is bepaald dat de rente lang op 4% gezet zou worden. Vorig jaar was dat 2%. in de paragraaf 4. Financiering (en Treasury) van deze begroting is een rentevisie opgenomen n.a.v. de visie van een aantal grote banken. Naar aanleiding hiervan is bepaald om i.p.v. 4% maar 3,25% door te rekenen op ons investeringsvolume. De stijging in 2026 wordt bepaald omdat het GOL en de insteekhaven dan weer zijn opgenomen in de investeringen. Verder is ook de renteomslag bijgesteld volgens een voorgeschreven standaard rekenmodel en dat resulteert in een stijging van 1% naar 1,5%. Het effect hiervan leidt ook tot wijzigingen in de begroting.
3. effect begroting verbonden partijen: Nadat de wijzigingen van alle verbonden partijen zijn meegenomen in de Kadernota, zijn er na afronding van de Kadernota toch weer extra wijzigingen geweest met een financiële impact bij de OMWB en de GGD. Deze leiden tot een extra last in de begroting;
4. effect doorwerking in reserves en voorzieningen: Dit voordeel ontstaat doordat andere wijzigingen (loon- en prijsstijgingen, aanpassingen rente) effect hebben op onttrekkingen uit reserves en voorzieningen. Meer onttrekkingen zijn een voordeel voor de exploitatiebegroting.
5. overige technische bijstellingen: op een groot aantal posten zijn relatief beperkte wijzigingen in de begroting verwerkt, met uiteenlopende effecten per jaar.
Financieel beeld 2024 - 2027 (voorafgaand aan incidentele baten en lasten)
Belangrijkste factor in de omslag van de voordelen in 2024 en 2025 naar de nadelen in 2026 en 2027 is het “ravijn” van de algemene uitkering van het rijk. Deze uitkering daalt van € 104,9 miljoen in 2025, via € 95,8 miljoen in 2026 naar € 94,7 miljoen in 2027. De gemeente Waalwijk volgt de oproep van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) om in de begroting 2024 het (lokale) tekort vanaf 2026 zichtbaar te maken.
Structureel begrotingssaldo 2024 - 2027
Om tot het structureel begrotingssaldo te komen, zijn de incidentele lasten en baten uit de Actualisering van de begroting 2023 gecorrigeerd. Verderop in deze Programmabegroting 2024 is in de financiële begroting / onderdeel "Overzichten van lasten en baten" een overzicht opgenomen dat inzicht geeft in alle incidentele baten en lasten Daarbij is rekening gehouden met de door de commissie BBV vastgestelde notitie van structurele baten en lasten en de nadere richtlijnen uit 2021 van de Provincie Noord-Brabant.
In de volgende paragraaf wordt het toetsingskader van de Provincie nader toegelicht.
Toetsingskader van de Provincie Noord-Brabant voor de begroting 2024
In 2019 is het Gemeenschappelijk financieel toezichtkader 2020 gemeenten (GTK 2020) vastgesteld. Het GTK 2020 is een gezamenlijk product van de 12 provincies. Om de uniforme uitoefening van het financieel toezicht te bevorderen is het GTK door alle provincies vastgesteld en geldt deze voor alle gemeenten in Nederland. Het vorige toezichtkader dateerde van 2014 en was aan vernieuwing toe. Redenen hiervoor zijn forse wijzigingen in het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) en diverse nieuwe door de commissie BBV uitgebrachte notities. Daarnaast is er eind 2018 een 'Agenda toekomst van het (interbestuurlijk toezicht' (de Agenda) aan de Tweede Kamer aangeboden. In de Agenda zijn door het Rijk, Interprovinciaal Overleg (IPO) en Vereniging van Nederlandse gemeenten (VNG) gezamenlijk afspraken gemaakt over de veranderingen in de wijze van toezicht houden. Het GTK uit 2020 is nog steeds van kracht.
De opgave is het goed functioneren van het openbaar bestuur in een veranderende samenleving. In de Agenda worden de volgende 5 actielijnen genoemd:
- Versterken verbinden horizontale controle en verticaal toezicht
- Beter voeren dialoog
- Beter leren van toezicht
- Uniformeren uitvoering toezicht
- Toezichthouder richt zich op gedeelde risico's
In vervolg op dit Toezichtkader is door de Provincie op 14 april 2023 de begrotingscirculaire 2023 uitgebracht. Deze circulaire, die ook aan de raad is gezonden, bevat actuele onderwerpen die van belang zijn voor de samenstelling van de begroting 2024 van gemeenten:
- Invloed maatschappelijke ontwikkelingen op beleid en financiën van gemeenten;
- Nieuwe financieringssystematiek tussen het Rijk en gemeenten;
- Eerder advies over verruiming gemeentelijk belastinggebied (advies commissie Financiële ruimte) ;
- Inflatie / prijsstijgingen/ Centraal Economisch Plan (CEP) 2023;
- Opschalingskorting;
- Herverdeling gemeentefonds;
- Extra middelen jeugdzorg / Uitspraak Commissie van Wijzen ;
- Eigen bijdrage Wmo-huishoudelijke hulp;
- Ontwikkelingen Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) / BBV Notities;
- Openbaarheidsparagraaf Wet open overheid;
- Incidentele baten en lasten;
- Investeringsbudgetten;
- Omgevingswet;
- Wet digitale overheid.
Na deze brief is vanuit de Provincie nog een belangrijke aanvulling ontvangen:
- Op 29 augustus 2023 heeft de Provincie gereageerd op de oproep van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) over het begrotingsadvies 2024-2027. De VNG heeft gemeenten geadviseerd om in de meerjarenbegroting het lokale tekort vanaf 2026 zichtbaar te maken. De Provincie ondersteunt de oproep van de VNG om voor 2026 en latere jaren een realistische meerjarenbegroting vast te stellen, ook als deze tekorten laat zien. Hoewel de Provincie de oproep ondersteunt, blijft ze de wettelijke verantwoordelijkheid voor financieel toezicht met een structureel en reëel sluitende begroting voor het jaar 2024 handhaven. Dit is van belang voor repressief toezicht voor een gemeente.
Van de begrotingscirculaire en de aanvullende berichten van de Provincie hebben wij kennis genomen. Wij zijn van mening dat de begroting van de gemeente Waalwijk conform de wettelijke eisen en de door de Provincie gedane aanbevelingen is samengesteld. De Provincie zal na vaststelling van de begroting 2024 door de raad nog voor het einde van 2023 komen met haar oordeel over deze begroting.
Tarieven
In de paragraaf lokale heffingen is in deze begroting een uitgebreide toelichting op belastingen en heffingen opgenomen. Alle daarvoor in aanmerking komende tarieven zijn, op basis van de door de raad vastgestelde Nota van Uitgangspunten voor de samenstelling van de begroting 2024, aangepast . De tarieven voor afvalstoffenheffing en rioolheffing zijn kostendekkend, zo nodig met inzet van middelen uit de bijbehorende voorzieningen. De tariefvoorstellen 2024 komen (met uitzondering van OZB en leges ) gelijktijdig doch separaat van de begroting 2024 op 2 november 2023 in de raad aan de orde. De voorstellen voor OZB en leges volgen daarna in de decembervergadering van de raad.