Balans (bedragen x € 1.000)
ACTIVA | 31-12- 2019 | 31-12-2020 | 31-12- 2021 | 31-12- 2022 | 31-12- 2023 | 31-12- 2024 |
- (im)Materiële vaste activa | 222.120 | 232.462 | 284.225 | 280.000 | 275.000 | 275.000 |
- Financiële vaste activa: kapitaalverstrekkingen | 4.992 | 4.992 | 4.992 | 4.992 | 4.992 | 4.992 |
- Financiële vaste activa: leningen | 9.562 | 8.374 | 9.354 | 7.350 | 5.500 | 5.500 |
- Financiële vaste activa: Uitzettingen >1jaar | 9.241 | 9.058 | 8.923 | 9.058 | 9.058 | 9.058 |
TOTAAL VASTE ACTIVA | 245.915 | 254.886 | 307.494 | 301.400 | 294.550 | 294.550 |
- Voorraden grondexploitatie | 9.877 | 10.911 | 25.234 | 20.000 | 20.000 | 20.000 |
- Uitzettingen < 1 jaar | 8.876 | 8.698 | 8.900 | 8.698 | 8.698 | 8.698 |
- Liquide middelen | 761 | 93 | 500 | 93 | 93 | 93 |
- Overlopende activa | 4.310 | 2.961 | 6.000 | 2.961 | 2.961 | 2.961 |
TOTAAL VLOTTENDE ACTIVA | 23.824 | 22.663 | 40.634 | 31.752 | 31.752 | 31.752 |
Totaal Activa | 269.739 | 277.5497 | 348.128 | 333.152 | 326.302 | 326.302 |
PASSIVA | 31-12-2019 | 31-12- 2020 | 31-12-2021 | 31-12-2022 | 31-12-2023 | 31-12-2024 |
- Eigen vermogen | 95.593 | 100.428 | 83.554 | 90.000 | 90.000 | 90.000 |
- Voorzieningen | 5.778 | 5.487 | 7.676 | 4.500 | 4.500 | 4.500 |
- Vaste schulden | 138.015 | 152.145 | 250.261 | 219.163 | 212.313 | 212.313 |
TOTAAL VASTE PASSIVA | 239.386 | 258.060 | 341.491 | 313.633 | 306.813 | 306.813 |
- Vlottende schulden | 17.411 | 8.382 | 1.637 | 8.382 | 8.382 | 8.382 |
- Overlopende passiva | 12.942 | 11.107 | 5.000 | 11.107 | 11.107 | 11.107 |
TOTAAL VLOTTENDE PASSIVA | 30.353 | 19.489 | 6.637 | 19.489 | 19.489 | 19.489 |
Totaal Passiva | 269.739 | 277.549 | 348.128 | 333.152 | 326.302 | 326.302 |
Investeringen en dekking
In 2021 zal een aantal bedrijfsmiddelen worden vervangen. Deze vervangingen moeten plaatsvinden om de lopende bedrijfsprocessen doorgang te laten vinden. Met de vervanging is dus alleen sprake van handhaving van bestaand beleid. Om die reden is het niet meer noodzakelijk dat de betreffende investeringen via afzonderlijke begrotingswijzigingen aan de raad worden voorgelegd.
Derhalve is het uitgangspunt dat de raad, met het vaststellen van de begroting 2021, tevens goedkeuring verleent aan de jaarschijf 2021 van het "overzicht vervangingsinvesteringen".
Vervangingsinvesteringen (bedragen x €)
Omschrijving | Jaar | Afschrijvingstermijn | Investering (exclusief BTW) | Kapitaallasten |
Sportparken jaarschijf * | 2021 | diverse | 97.877 | 4.731 |
Masten vervangen (beleidsplan OVL) | 2021 | 25 | 19.530 | 1.074 |
Armaturen vervangen (beleidsplan OVL) | 2021 | 40 | 280.000 | 11.200 |
Minicontainers | 2021 | 10 | 20.837 | 2.396 |
Microstation IBOR | 2021 | 5 | 101.937 | 21.917 |
Inventaris Bibliotheek | 2021 | 15 | 20.652 | 1.687 |
Inrichting de Leest | 2021 | 15 | 65.091 | 5.316 |
Audiovisuele middelen raadszaal | 2021 | 5 | 182.824 | 39.883 |
Hardware | 2021 | 3 | 247.254 | 86.127 |
Software | 2021 | 5 | 171.532 | 36.879 |
Overigens is het geen automatisme dat onmiddellijk nadat investeringen afgeschreven zijn, vervanging plaatsvindt. Niet altijd is dit nodig. Er worden afwegingen gemaakt over nut en noodzaak, waarbij de te verwachten hogere onderhoudskosten bij het langer in bedrijf houden van bedrijfsmiddelen worden afgezet tegen de kapitaallasten van nieuwe aanschaffingen. Indien het niet noodzakelijk is om tot vervanging over te gaan, kunnen de vrijvallende kapitaallasten worden ingezet ter dekking van hogere onderhoudskosten of vrijvallen ten gunste van het rekeningresultaat.
Niet altijd is het mogelijk om te vervangen tegen oorspronkelijke aanschafwaarde. Ook komt het voor dat de kosten van vervanging gedekt kunnen worden uit het vrijvallend oorspronkelijk krediet + restwaarde van het te vervangen bedrijfsmiddel, maar de restwaarde niet als dekkingsmiddel kan worden ingezet omdat verkoopopbrengsten uit bedrijfsmiddelen volgens de voorschriften als incidentele baat in de exploitatie moeten worden verantwoord. Indien vervanging niet binnen de vrijvallende investeringsmiddelen en/of kapitaallasten heeft kunnen plaatsvinden, maakt het college daarvan bij het Voorjaars- dan wel Najaarsbericht in de afwijkingenrapportage melding.
* De investeringen met betrekking tot sport zijn inclusief BTW in dit overzicht opgenomen, omdat met ingang van 1 januari 2019 sport vrijgesteld is van BTW. Hiertegenover staat een te verwachten inkomst van de SPUK-regeling (Specifieke Uitkering Sport), zijnde 17,5% van het bedrag incl. BTW. De kapitaallast is berekend over het netto-investeringsbedrag. Hier is echter wel sprake van enig risico, omdat het Rijk een budget beschikbaar heeft gesteld voor de SPUK, en dat bij overvraging van het budget het percentage naar beneden zal worden bijgesteld.
Nieuwe investeringen
Ook de lasten verband houdend met nieuwe investeringen zijn in de (meerjaren)begroting verwerkt. Door vaststelling van de begroting geeft u de intentie aan deze investeringen te gaan uitvoeren. De definitieve besluitvorming door de raad over investeringen zal eerst plaatsvinden op basis van voorstellen die het college in de loop van het begrotingsjaar zal voorleggen. Het overzicht van nieuwe investeringen:
Omschrijving (bedragen * € 1 ) | Investering | Planning* |
Aanleg sportvelden ** (o.a. SSC) | 1.089.000 | 2021 |
Renovatie zwembad Zidewinde (kadernota 2016) | 350.000 | 2021 |
Vervanging toplagen kunstgrasvelden (€200.000 per veld)* |
726.000 | 2021 |
Sporthallen (sportcentrum Waspik )* |
3.630.000 | 2020 |
* De investeringen met betrekking tot sport zijn inclusief BTW in dit overzicht opgenomen, omdat met ingang van 1 januari 2019 sport vrijgesteld is van BTW. Hiertegenover staat een te verwachten inkomst van de SPUK-regeling (Specifieke Uitkering Sport), zijnde 17,5% van het bedrag incl. BTW. De kapitaallast is berekend over het netto-investeringsbedrag. Hier is echter wel sprake van enig risico, omdat het Rijk een budget beschikbaar heeft gesteld voor de SPUK, en dat bij overvraging van het budget het percentage naar beneden zal worden bijgesteld.
** In het coalitieprogramma is 2 keer een bedrag van € 150.000 opgenomen voor bijdragen in de aanleg van twee sportvelden. De gemeente voert echter de investering uit en de betreffende verenigingen dragen twee derde deel bij. Deze bijdragen worden direct in mindering gebracht op de investering. Over een derde van het bruto-bedrag worden de kapitaallasten dus berekend. In bovenstaand overzicht is het bruto investeringsbedrag opgenomen, en dan ook inclusief BTW, zie hiervoor de uitleg bij *.
De belangrijkste reserves en voorzieningen
De belangrijkste reserves zullen zich naar verwachting als volgt ontwikkelen:
Bedragen x € 1.000 | 01-01-2020 | 01-01-2021 | 01-01-2022 |
Algemene reserve | 9.338 | 10.623 |
10.358 |
Beleidsreserve 2019-2022 | 3.970 | 2.935 | 2.330 |
Reserve Museum Plus | 461 | 1.060 |
695 |
Reserve leefbaarheid WOP/DOP | 905 | 807 | 724 |
Reserve Grondexploitatie | 15.188 | 4.648 | 4.420 |
Reserve mobiliteitsfonds | 6.674 | 0 | 0 |
Reserve onderwijshuisvesting | 4.306 | 6.716 | 6.004 |
Reserve Parkmanagement | 4.712 | 4.712 | 4.712 |
Reserve Haven Waalwijk | 234 | 234 | 234 |
Reserve revitalisering Haven I t/m VI | 1.851 | 2.851 | 2.851 |
Totaal | 47.639 | 34.586 |
In de berekening is rekening gehouden met in de begroting voorgenomen onttrekkingen en toevoegingen. In werkelijkheid kunnen bedragen afwijken. Zo kan bijvoorbeeld niet geanticipeerd worden op jaarrekeningresultaten en resultaten (winstnemingen) uit de exploitatie van gronden. De verwachting is gerechtvaardigd dat de feitelijke standen in positieve zin zullen afwijken.
De belangrijkste voorzieningen die per 1 januari 2021 aanwezig zijn (bedragen x € 1.000):
Diverse complexen grondexploitatie | 1.638 |
Verplichtingen wet APPA | 2.120 |
Onderhoud gebouwen | 318 |
Afvalstoffenheffing | 1.224 |
Riolering | 2.036 |
Totaal | 7.336 |