Sociaal domein

Minder drempels & dichterbij

Terug naar navigatie - Minder drempels & dichterbij

De decentralisatie van de jeugdzorg, de Wmo en de Participatiewet naar gemeenten kwam met een visie: lokaal maatwerk, fijnmazig en dichtbij. Daardoor worden problemen eerder gesignaleerd en  vroegtijdig aangepakt, zodat ze niet verergeren. Dat is goed voor het welzijn van onze inwoners en beter betaalbaar voor de gemeenschap. We hebben veel ervaring opgedaan en geleerd de afgelopen jaren. We hebben alle zeilen bij moeten zetten om de groeiende en steeds complexere hulp en zorg voor onze inwoners überhaupt beschikbaar te houden. Dat kan niet langer zo. We gaan nu echt de stap maken van (financieel) pleisters plakken achteraf, naar preventie en hulp vooraf. We focussen op positieve gezondheid: veerkracht. Niet meer de nadruk leggen op beperkingen, maar op het vermogen van de inwoner om met uitdagingen om te gaan. We willen niet alleen de nadruk leggen op het individu, maar op zijn of haar plek in de samenleving.

Op korte termijn willen we de wachtlijsten terugbrengen. Alleen maar meer capaciteit toevoegen helpt niet. We vragen iedereen in onze gemeenschap mee te denken en samen te werken om dit probleem op te lossen. Dit kan alleen maar door het aanbod vanuit de toegang (WijZ) te versoberen en scherpere keuzes te maken. Om de basis op orde te brengen verlengen we een aantal budgetten, zoals de capaciteit bij de toegang tot zorg en ondersteuning (WijZ) en de inzet op maatschappelijke ondersteuning. Dat maakt dat inwoners mee kunnen doen in onze gemeenschap. Wel bouwen we deze budgetten langzaam af, omdat we resultaat verwachten van onze extra inzet op preventie en samenredzaamheid.

Dit gaan we doen:
• Vanaf 2023 gaat de gemeente dagbesteding organiseren voor beschermd wonen.
• We blijven structureel geld vrijmaken voor beschermd wonen. Dit wordt op termijn gedecentraliseerd van regio naar gemeente. De doelgroep lichtverstandelijke beperking (LVB) gaan we zelf doen.

De afgelopen tijd hebben we gepionierd met interventies, om zwaardere zorg en kosten te voorkomen. We hebben geleerd dat sommige dingen onvoldoende werken, maar andere juist heel goed. We blijven reflecteren op onze eigen aanpak en zoeken naar betere manieren om de basis op orde te krijgen en verder te normaliseren. We stellen voor om dat wat werkt, voort te zetten en/of te intensiveren.
De kost gaat voor de baat uit. Dat geldt zeker ook voor het sociaal domein. Om zwaardere zorg te voorkomen moet je er vroegtijdig bij zijn. Om overschrijding van budgetten in de toekomst te voorkomen, moet je eerst investeren. Dat is wat we gaan doen. Voor eenvoudige zorg- en hulpvragen gaan we niet langer indiceren. We willen dat (kwetsbare) inwoners en ouderen makkelijk binnen kunnen lopen in een inloop- en herstelvoorziening. Een eerste gesprek en contact kan soms genoeg zijn om een vraag op te lossen. Dat gaat de drempel voor inwoners verlagen, de snelheid verhogen en de lokale toegang van WijZ ontlasten. We starten op korte termijn met een eerste inloop-herstelvoorziening in de oude brandweerkazerne. We zien dit als een tijdelijke pilot. Gaandeweg leren we wat werkt, of (en welke) inwoners de weg naar deze voorziening weten te vinden en wat het effect is op de toegang bij WijZ. We vragen het college om op basis van deze ervaring te komen met een goed onderbouwde strategie om herstel- en inloopvoorzieningen te realiseren voor kwetsbare inwoners en ouderen in onze kernen en stad. We kiezen deze periode voor de stap naar preventie, indicatievrij en dichtbij. Dit vraagt om een goede samenwerking met onze maatschappelijke partners, dichtbij de inwoners. Daarom stellen we een nieuwe koers voor het sociaal domein op. 

Dit gaan we doen:

• We stellen geld beschikbaar voor de pilot indicatievrije herstelvoorzieningen en het vervolg.
• We reserveren een transformatiebudget voor een verschuiving van curatief naar preventief en indicatievrij werken én voor het realiseren van inloopvoorzieningen voor ouderen.
• We intensiveren de samenwerking met partners en creëren daardoor meer duidelijkheid in rollen en verantwoordelijkheden.

 

De zorg voor onze inwoners is een grote verantwoordelijkheid. Iedereen gunt elkaar een goede gezondheid en hulp als dat nodig is. Bij die verantwoordelijkheid hoort ook het eerlijke verhaal: niet alle problemen zijn op te lossen. Soms moeten we daar in ons eigen sociale netwerk mee leren leven en als gemeenschap mee leren samenleven. De lokale overheid kan niet alles oplossen. De maakbaarheidsgedachte dat elk gezondheidsprobleem op te lossen is, klopt niet. Wel kunnen we daar met elkaar, van ouders tot gemeenschap, mee leren omgaan: samenredzaamheid.

Dit gaan we doen:
• Waar mogelijk passen we verordeningen en beleidsregels aan, waardoor we minder indiceren en meer vragen verleggen naar het (uitgebreid) voorliggend veld. Ook doen we een beroep op samenredzaamheid.


Om onze visie, lokaal maatwerk en goede aansluiting op de toegang via WijZ te organiseren, kijken we kritisch naar de inkoop van zorg en ondersteuning. Deze moet naadloos aansluiten op onze visie en nieuwe koers in het sociaal domein en op onze lokale toegang. Daarnaast is het van belang dat onze gemeenteraad, de democratische legitimatie, niet teveel op afstand komt te staan. Daarom kopen we de Wmo nu in voor één jaar. We onderzoeken ook wat er nodig is om de jeugdzorg goed aan te laten sluiten op de Waalwijkse koers in het sociaal domein: van beleid, toegang en uitvoering, tot budget, organisatie en capaciteit. Hiervoor trekken we extra geld uit.