4. Majeure projecten

Insteekhaven

Insteekhaven

Terug naar navigatie - Insteekhaven

Deze rapportage is een actualisatie van de GROTIK-toelichting van 22-10-2019. 

Geld

Voor het uitvoeringstraject dat we nu ingaan zal het door de raad beschikbaar gestelde krediet voor de aanleg van de insteekhaven en de vastgestelde exploitatieopzet voor de uit te geven gronden het uitgangspunt zijn. Dit krediet is samengesteld uit de aanneemsom, de risico’s voor zover we die nu in kunnen schatten en de benodigde plankosten tijdens de uitvoering. Ook tijdens de realisatiefase blijft kredietbewaking het instrument om afwijkingen tijdig te kunnen signaleren en daar tijdig maatregelen voor te treffen.

In verband met de uitgestelde definitieve gunning (besluit uiterlijk 7 oktober 2020) is met de aannemer afgesproken dat er al bepaalde activiteiten kunnen worden uitgevoerd zonder dat de gemeente hierdoor gehouden is tot gunning. In geval van definitieve gunning vallen deze posten gewoon binnen de opdracht of de risicopost. Bij het niet definitief gunnen aan Mourik moet de gemeente deze kosten betalen (zie ook kwartaalrapportage 28-01-2020). 

Met Parkmanagement wordt voor 1 mei 2020 een voorlopige koopovereenkomst afgesloten voor de kavel waarop de terminal wordt gerealiseerd. Daarbij zal een gedeelte van de aankoopprijs worden voldaan en zal het restant bij levering worden betaald.

Risico’s

Voor het project is een risicodossier opgesteld waarin de volgende onderdelen zijn opgenomen: aantal risico’s, kans dat deze zich voordoen, financiële consequenties, maatregelen en monitoring. Bij de kredietvotering is hiermee rekening gehouden. Vorig jaar zijn er nog 2 nieuwe risico’s toegevoegd nl., stikstof en PFAS. Deze laatste is inmiddels geen risico meer omdat er weer innamepunten zijn waar de PFAS-gronden naar afgevoerd kunnen worden. 

De impact van het stikstofrisico is nog niet duidelijk. Momenteel wordt met extern deskundigen en de provincie in beeld gebracht of en zo ja op welke wijze de stikstofproblematiek voor dit project kan worden opgelost. De aankoop van boerderijen voor stikstof- en fosfaatrechten is een belangrijk onderdeel van de oplossing, met name door middel van extern salderen. Op dit moment is extern salderen met veehouderijen echter nog niet mogelijk in afwachting van de benodigde regelgeving vanuit het Rijk.Na de beoordeling van de consequenties kan pas tot definitieve gunning worden over gegaan. 

In de risicoreservering van de businesscase is hiervoor een voorziening getroffen. Dat betreft vooral extra onderzoek, vertraging in de planning, extra uren organisatie en aan- en verkoop van veehouderijen. 

Organisatie

Gedurende de fase tot definitieve gunning zal het aanbestedingsteam operationeel blijven maar met een lagere frequentie.   Waar nodig wordt het werk aan de insteekhaven voortgezet en op het dossier stikstof wordt nu meer werk verricht. Het aanbestedingsteam blijft dus nog actief voor de activiteiten die voor de definitieve gunning worden uitgevoerd. Gelet op de verlenging van gestanddoeningstermijn zal de gunning  van de externe, met name technische, ondersteuning zoals directievoering, in een later stadium plaatsvinden.

Voor de realisatiefase (na definitieve gunning) wordt het organisatieschema aangepast: 

  • Uitvoeringsteam met projectleider civiele techniek, directievoering en toezichthouders. 
  • Projectteam met algemene projectleider, omgevingsmanagement, civiele techniek, financiële mandatering en planning en control)
  • Wekelijks overleg projectleiding, civiel technisch projectleider en wethouder
  • Maandelijkse stuurgroep met de verantwoordelijke afdelingen (TREW en TOR/TOOR) en managers
  • College en raad informeren en consulteren door kwartaalrapportages

Tijd

De beslissing om definitief te gaan gunnen is inmiddels uitgesteld tot 7 oktober 2020. 

Dit geeft tijd om een oplossing te zoeken voor de stikstofproblematiek. De planning wordt hiermee 1 jaar doorgeschoven. Dit heeft geen consequenties voor de opeenvolgende activiteiten in de planning en biedt voldoende mogelijkheden om in en buiten de stormseizoenen te kunnen opereren.

In deze voorbereidingsfase wordt zoveel mogelijk gedaan om in oktober 2020 van start te kunnen. Naast de stikstofonderzoeken en methodieken gaat het vooral om het verkrijgen van uitvoeringsvergunningen (ook voor de exploitant), het uitwerken van optimalisaties, overleg met overige overheden (met nam het Waterschap), bomenkap, aanleggen foerageergebied voor de bever en compensatie leefgebied voor wezel en hermelijn. Evenals de amovering van de windmolen, het vrijmaken van de voormalige jachthaven en waar mogelijk aanbrengen van overtollige grond, als voorbelasting. 

Informatie

Op dit onderdeel zijn geen wijzigingen te melden ten opzichte van de vorige GROTIK rapportage.

Kwaliteit

Idem.

MuseumPlus

MuseumPlus

Terug naar navigatie - MuseumPlus

Voortgangsrapportage Waalwijk, 1 april 2020

Project:             Ontwikkeling Schoenenmuseum (Museum-Plus): Het realiseren van het nieuwe schoenenmuseum aan het Raadhuisplein, wat na realisatie door de museumorganisatie geëxploiteerd en van de                    gemeente gehuurd zal worden.

Fase:                     Opstellen bestekken tot en met mei 2020, aanbesteding in juni en juli 2020. Aanvraag omgevingsvergunning. Definitief maken van de exploitatiebegroting van het schoenenmuseum.

Doel:                     Aanbesteding en bindende prijsaanbiedingen. Vervolgens raadsbehandeling uitvoeringskrediet (03-09-2020 A-raad, 17-09-2020 B-raad). Vervolgens start bouw.

Opsteller:           P.F. Heijmerink, projectleider Museum-Plus

Vooraf, leeswijzer

Voorliggende voortgangsrapportage is samengesteld ten behoeve van de projectbeheersing door de gemeenteraad. Met deze rapportage kan de gemeenteraad vaststellen en controleren of het project Schoenenmuseum/Museum-Plus (hierna te noemen: het project) binnen de door haar vastgestelde beleidskaders ten uitvoer wordt gebracht. Binnen de projectorganisatie, die verantwoordelijk is voor de uitvoering van het project, wordt het project min of meer continu volgens een fijnmaziger fasering beheerst. Alhoewel voorliggende rapportage een voortgangsrapportage is voor de gemeenteraad, geeft deze tevens een goed inzicht hoe het project op het niveau van de projectorganisatie wordt beheerst. Deze voortgangsrapportage is samengesteld aan de hand van de GROTICK-methodiek voor projectbeheersing. De letters van het woord GROTICK staan voor de verschillende aspecten waaraan in de voortgangsrapportage aandacht wordt besteed. Deze aspecten zijn respectievelijk:

  • Geld.
  • Risico's.
  • Organisatie.
  • Tijd.
  • Informatie.
  • Communicatie.
  • Kwaliteit.

Binnen de projectorganisatie zijn het dezelfde aspecten die worden bewaakt om daarmee maximaal zeker te stellen dat het project zich binnen de kaders ontwikkeld die door de Raad zijn aangegeven en die de projectorganisatie zichzelf ten doel heeft gesteld. Hieronder wordt over elk van bovengenoemde GROTICK-aspecten verslag gedaan, waarbij een logische volgorde van de aspecten is gehanteerd. Bij elk van de aspecten worden significante risico's benoemd en wordt de gang van zaken tot op heden kort verwoord.

Organisatie

De Raad stelt de beleidskaders vast waarbinnen de projectorganisatie het project uitwerkt. De projectorganisatie bestaat uit een stuurgroep waarin vertegenwoordigd zijn de verantwoordelijk wethouder, medewerkers uit de gemeentelijke organisatie, het museumbestuur en de projectleider. In de stuurgroep worden besluiten genomen en faseresultaten vastgesteld; bij voorkeur in consensus, indien dit niet lukt heeft de wethouder de doorslaggevende stem. In verband met het corona-virus (op het moment van schrijven is sprake van een intelligente lock-down) worden vrijwel alle besprekingen per video gedaan. Vanuit de projectorganisatie zijn drie werkgroepen actief. In deze werkgroepen worden plannen voorbereid die ter discussie en besluitvorming aan de stuurgroep worden voorgelegd.

  • Planvorming; programmamanager binnenstad, teammanager maatschappelijke ontwikkeling, beleidsmedewerker beheer vastgoed, museumbestuur, architect, installatieadviseur, (museale) inrichtingsarchitect en projectleider.
  • Museumconcept en –exploitatie; museumbestuur, teammanager maatschappelijke ontwikkeling, beleidsadviseur cultuur&sport en de gemeentelijk financieel adviseur.
  • Communicatie; gemeentelijk communicatieadviseur, beleidsadviseur cultuur&sport en het museumbestuur.

Het museumbestuur laat zich in haar taken bijstaan door haar adviseur (oud-directeur van het Onderwijsmuseum), de museumstaf en door adviseurs met een specifiek kennisgebied (bijvoorbeeld op het gebied van de horecavoorziening). Het museumbestuur bestaat op dit moment uit twee personen; de heer Harrie de Werd en mevrouw Margo Strik. Onlangs is mevrouw Astrid Hertog toegetreden tot het bestuur. Zij is kunsthistoricus en museoloog en heeft veel ervaring met fondsenwerving. Ze heeft de afgelopen 2 jaren met veel enthousiasme leiding gegeven aan het Glasmuseum. Zij heeft veel museale ervaring en beschikt over een groot netwerk. Bovenbeschreven organisatie functioneert goed. Taken en verantwoordelijkheden zijn duidelijk gedemarqueerd. De organisatie is transparant en relatief klein, daarmee doelmatig en slagvaardig.

Significante risico's: geen.

Communicatie (resultaten, activiteiten)

Communicatie tussen alle deelnemers van de projectorganisatie vindt periodiek plaats in de werkgroepen en in de stuurgroep. Van deze besprekingen worden verslagen gemaakt, waarbij afspraken worden vastgelegd. In werkgroepen en stuurgroep wordt afgesproken/gemeld wanneer zaken één op één tussen deelnemers worden/zijn overlegd. Het resultaat hiervan wordt in het betreffende overleg ingebracht (waarvan verslag). De communicatie en samenwerking tussen deelnemers tot op heden is goed in prettige sfeer. Veel van de besprekingen worden op dit moment gedaan per video.

Resultaten tot en met heden, activiteiten nu.

  • Planvorming: De DO's (definitieve ontwerpen) van architect Civic en van installatieadviseur Nelissen zijn d.d. 13-03-2020 door de stuurgroep vastgesteld. Het schetsontwerp (SO) van museaal inrichter Tinker is d.d. 20-01-2020 door de stuurgroep vastgesteld. Onderdeel van het SO voor museale inrichting is het definitieve expositieplan.
  • Civic (bouwkundig werk) en Nelissen (installaties) stellen op dit moment hun bestekstukken op, aan de hand hiervan worden hun plannen juni & juli aanbesteed.
  • Tinker (inrichting) werkt op dit moment aan haar VO/DO, op basis waarvan de inrichting in bouwteam kan worden gerealiseerd. In juni 2020 wordt een bindende aanbieding gedaan voor realisatie in bouwteam.
  • Ontwerpers Civic, Nelissen en Tinker stemmen ieder nauw af met opdrachtgever en gebruiker. Daarnaast stemmen ontwerpers hun ontwerpen nauw op elkaar af, dit door intensief onderling overleg.
  • Duurzame installatievoorzieningen 'WKO + warmtepomp' en 'zonnepanelen' worden meegenomen in de planvorming.
  • Wnb-vergunning (wet natuur beheer inzake stikstof) is aangevraagd, probleemloze vergunningverlening wordt verwacht. Flora- en fauna-onderzoek is verricht; er zijn geen belemmeringen voor de bouw. Archeologisch- en grondonderzoek (verontreiniging, PFAS) is ingezet.
  • De voorbereidingen voor de aanvraag van de omgevingsvergunning zijn gaande; vooroverleg met de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) heeft reeds plaatsgevonden. Indienen aanvraag omgevingsvergunning is voor medio mei gepland, vooralsnog worden geen problemen voor vergunningverlening gezien.
  • De aanbestedingen voor bouwkunde en installaties zijn reeds ingezet met de selectiefase. Deze eerste fase van de aanbesteding is op dit moment gaande. Met de bedrijven die in de selectiefase (op geschiktheid en kwaliteit) geselecteerd worden, wordt begin juni de gunningsfase ingezet. De gunningsfase eindigt ultimo juli, wanneer de geselecteerde bedrijven hun aanbiedingen doen.
  • Er wordt door de museumorganisatie hard gewerkt aan de ontwikkeling van het museum. Het museumbestuur laat zich hiervoor bijstaan door enkele adviseurs met specifieke kennis. Er is overeenstemming over de exploitatiebegroting 2020 t/m 2025, enkele details worden nog verder uitgewerkt. Het doel is om medio 2020 een definitieve sluitende exploitatiebegroting voor komende jaren vast te stellen.
  • De gemeentelijke website is voorjaar 2019 gerevitaliseerd, deze informeert geïnteresseerden; er wordt verslag gedaan van de voortgang van de activiteiten in de periode naar de opening van het "nieuwe" museum. Eind oktober 2019 is het schoenenmuseum vertegenwoordigd geweest op de Dutch Design Week in Eindhoven.

Significante risico's:

  1. Onvoorziene verdere omstandigheden a.g.v. het corona-virus.
    Beheersmaatregelen:
    - Wanneer zich onvoorziene verdere belemmeringen voordoen, n.t.b. oplossingen vinden
      waardoor doorgewerkt kan worden zonder vertraging of kwaliteitsverlies van het plan.
  2. Uitkomst archeologisch- en grondonderzoek.
    Beheersmaatregelen:
    - Wanneer de af te voeren grond vervuilt blijkt, wordt dit vermeld in het bestek en zal de aannemer verwerking van de grond conform Nederlandse regelgeving in zijn aanbiedingsprijs meenemen.
    - Wanneer de af te graven grond onverstoord blijkt te zijn, zal tijdens het ontgraven archeologische toezicht worden gehouden. Mochten er dan archeologische vondsten gedaan worden, dan kan dit tijdens uitvoering vertraging geven.

Informatie

Informatie wordt gedeeld op de volgende wijzen:

  • Mondeling in stuurgroep- en werkgroepbesprekingen (waarvan schriftelijk verslag).
  • Eén op één overleggen en -contacten per tel., video, mail, etc.. De resultaten hieruit worden vastgelegd in stukken (de resultaten van het overleg, de uitzoek- en ontwerpwerkzaam-heden) of in de verslagen.
  • Per mail in de vorm van mededelingen, verslagen en stukken.

Projectleider houdt een totaal-dossier bij en draagt er zorg voor dat elke projectdeelnemer beschikt over de voor hem/haar relevante informatie. Informatie-uitwisseling tot op heden verloopt naar ieders tevredenheid.

Significante risico's: geen.

Kwaliteit en Geld

De kwaliteit van het toekomstige resultaat uit de ontwikkeling van Museum-Plus, en de kosten daarvan, worden door de projectorganisatie bewaakt door de ontwikkel(tussen)resultaten te toetsen aan de uitgangspunten die voor de ontwikkeling door de gemeenteraad zijn gesteld (de beleidskaders).

  • Beschikbaar voorbereidingskrediet van €1.700.000,-, juli '15 / juni '19 door Raad beschikbaar gesteld.
  • Voorgenomen totaal-investering 9,9 mln, februari '18 door Raad vastgesteld als intentie.
    Als uitgangspunt wordt gehanteerd dat het pand door gemeente ter beschikking wordt gesteld t.b.v. het project; vrij van achterstallig groot onderhoud (waaronder asbestsanering).
  • Ruimtelijk functioneel PvE, oktober '18 door Raad vastgesteld ontwerpuitgangspunt.
  • Verhaallijnen van het museum, oktober '18 door Raad vastgesteld ontwerpuitgangspunt.

Omdat de toekomstige kwaliteit van het museum en de kosten daarvan omgekeerd nauw aan elkaar verbonden zijn (meer kwaliteit brengt over het algemeen meer kosten met zich mee), worden deze twee aspecten altijd in samenhang bewaakt.

Budget totaalinvestering.

  • Onderdeel van de in februari 2018 door de Raad voorgenomen totaalinvestering is geweest; €300.000,- voor marketing- en verhuiskosten. Gebleken is dat deze kosten niet in de totaal-investering verantwoord mogen worden omdat deze kosten niet geactiveerd kunnen worden. Om deze reden is besloten om de marketing- en verhuiskosten in de exploitatiebegroting op te voeren.
  • Na februari 2018 heeft de Raad ambities voor BENG uitgesproken, bijna energie neutrale gemeentelijke gebouwen. De noodzakelijke aanvullende installatievoorzieningen hiervoor (WKO + warmtepomp, zonnepanelen) kosten volgens de DO-raming €444.000,- extra. Deze extra investering wordt door gemeente bekostigd d.m.v. een hogere te rekenen gebouwhuur; de hogere gebouwhuur wordt door het museum terugverdiend door ca. €30.000,- lagere jaarlijkse energiekosten.

Als kader voor de totaalinvestering wordt daarom in het vervolg uitgegaan van (9,9 - 0,3 + 0,444 mln) €10.044.000,-. De projectorganisatie ziet het aspect 'kosten' tweeledig; naast de investeringskosten (criterium: maximaal 10,044 mln) worden tevens de toekomstige exploitatiekosten van het museum bewaakt (criterium: structurele subsidie binnen de beschikbare budgetten). Elke ontwerpfase wordt afgesloten met ramingen van de faseresultaten (resp. VO, DO, bestek). Een faseresultaat dat leidt tot een investering groter dan 10,044 mln, komt niet voor vaststelling in aanmerking. De ontwikkeling bevindt zich op dit moment (1 april 2020) in de bestekfase. De kostenramingen behorend bij de vastgestelde DO's (Civic en Nelissen) en het vastgestelde SO (Tinker), laten op dit moment zien dat zowel de kwaliteit als de kosten vallen binnen de uitgangspunten zoals hierboven genoemd.

Significante risico's:

  1. De aanbestedingen voor installaties en bouwkundig werk vallen hoger uit dan de (gaande het ontwerpproces steeds nauwkeuriger) ramingen.
    Beheersmaatregelen:
    - Realistisch (niet optimistisch) ramen.
    - Binnen het investeringsbudget beschikbaar houden van budget voor onvoorziene kosten.
    - In laatste instantie: een verzoek voor extra budget voorleggen aan de Raad.

Tijd

De geactualiseerde planning is onveranderd en hierachter gevoegd. Alle projectbetrokkenen hebben zich aan de planning gecommitteerd; Het museum als toekomstig gebruiker, de gemeente als opdrachtgever, Tinker als museaal inrichter, Civic als bouwkundig architect en Nelissen als installatieadviseur. De ontwikkelingen met het corona-virus hebben tot op heden (op het moment van schrijven is sprake van een intelligente lock-down) geen invloed gehad op de werkzaamheden en de planning. Bijgevoegde planning voorziet samengevat in het volgende vervolg:

  • Juni                                           Aanbiedingen uitvoering/levering inrichting bekend.
  • Juli 2020                               Aanbestedingsresultaten bekend, behandeling College.
  • Augustus 2020                  Raadsvoorstel voor uitvoeringskrediet naar de Raad.
  • September 2020              Raadsbehandeling.
  • Oktober 2020                    Vergunningverlening, Start bouw.
  • November 2021               Oplevering museum.

Significante risico's:

  • Tijdige vergunningverlening. Gepland is om de omgevingsvergunningsaanvraag medio mei in te dienen. Indiening kan niet eerder omdat de uitwerking van plannen pas dan voldoende gevorderd is. Het uitgangspunt voor de gemeentelijke behandeltijd is 26 weken, wellicht kan dit sneller (22 weken). E.e.a. hangt af van de volledigheid van de ingediende stukken, de mate waarin deze stukken voldoen aan regelgeving (danwel aanpassing behoeven) en de beschikbare gemeentelijke behandelcapaciteit (i.v.m. zomerreces, evt. gevolgen a.g.v. corona).
    Beheersmaatregelen:
    - Intensieve afstemming door vooroverleg met afdeling vergunningsverlening.
    - Alles er op inzetten dat aanvraag volledig en conform regelgeving is.

Gebiedsontsluiting Oostelijke Langstraat (GOL)

Gebiedsontsluiting Oostelijke Langstraat (GOL)

Terug naar navigatie - Gebiedsontsluiting Oostelijke Langstraat (GOL)

Met betrekking tot de integrale Gebiedsontwikkeling Oostelijke Langstraat heeft raadbehandeling plaatsgevonden op 9 april 2020. Uw raad heeft besloten in te stemmen met het collegevoorstel om de benodigde middelen beschikbaar te stellen.

Conform de bestuursovereenkomst zal de provincie namens de samenwerkende overheden als opdrachtgever functioneren richting de aannemer en er op toe zien dat de werkzaamheden conform het contract zullen worden uitgevoerd. Met name de provincie als uitvoerder van het project monitort en rapporteert over het project en informeert de participanten in het project en werkt uiteraard volgens  het grotik principe.

Uiteraard zullen wij u op de hoogte houden indien daarvoor aanleiding is.