4. Majeure projecten

Insteekhaven

Insteekhaven

Terug naar navigatie - Insteekhaven

Tijdens de behandeling van het raadsvoorstel op 12 september 2019 is toegezegd om de raad per kwartaal te informeren over de voortgang en financiële afwijkingen van de aanleg van de insteekhaven.
Met raadsinformatiebrief  041-24 (d.d. 16 mei 2024) heeft u de eerste voortgangsrapportage 2024 over de insteekhaven ontvangen.

Met ingang van dit Najaarsbericht wordt de rapportage over de voortgang van het project insteekhaven voortaan opgenomen in het Voor- en Najaarsbericht.

Hieronder wordt voor het project insteekhaven per onderdeel van de GROTIK-methode een nadere toelichting gegeven. 

Geld                     
Voor het uitvoeringstraject dat we ingaan zal het door de raad beschikbaar gestelde krediet (raadsvergadering 12 september 2019) voor de aanleg van de insteekhaven en de vastgestelde exploitatieopzet voor de uit te geven gronden het uitgangspunt zijn. 

In het raadsvoorstel is uitgegaan van een uitsplitsing naar een krediet voor de aanleg van de insteekhaven en het vaststellen van een exploitatieopzet voor de uit te geven gronden aan de insteekhaven en is het volgende opgenomen.

De aanbesteding heeft geresulteerd in een inschrijfprijs van € 24,2 miljoen (exclusief btw). Naast dit bedrag verwachten we nog andere kosten tijdens start- en de realisatiefase. In totaal een bedrag van € 29,5 miljoen. Dit bedrag is uitgesplitst naar kosten die betrekking hebben op de aanleg van de insteekhaven en kosten die betrekking hebben op de uit te geven gronden.

Investering aanleg insteekhaven
Op basis van deze uitsplitsing bedragen de totale kosten voor de investering € 22 miljoen.  Door de in 2015 ontvangen subsidiebeschikking van de provincie, kan een bedrag van € 7,2 miljoen. op het investeringsbedrag in mindering worden gebracht. Het restant bedrag van € 14,8 miljoen. zal worden geactiveerd conform de nota waarderings- en afschrijvingsbeleid (annuïteit / 60 jaar / 1,5%). 
In verband met het opschuiven van de geplande datum voor de definitieve gunning wordt in de meerjarenbegroting nu rekening gehouden met kapitaallasten met ingang van 2023.

Grondexploitatie insteekhaven
Voor de kosten en opbrengsten die betrekking hebben op de uit te geven percelen aan de insteekhaven is een exploitatieopzet opgesteld. Hierbij gaat het om een kavel voor de containerterminal en om een kavel voor haven gebonden logistieke bedrijvigheid. Naast de kosten zoals bouwrijp maken, aansluiten nutsvoorzieningen, infrastructuur, op hoogte brengen van het terrein en uiteindelijke woonrijp maken, is rekening gehouden met de verwervingskosten. Tegenover deze te maken en gemaakte kosten, zijn de opbrengsten van de uit te geven bedrijfspercelen opgenomen. 

Voorgesteld wordt om het positieve saldo van deze grondexploitatie, een bedrag van € 7,2 miljoen, te reserveren en gedurende een periode van 60 jaar ten gunste te laten komen van product 208 Exploitatie haven. Dit betekent per jaar een bedrag van € 120.000. Enerzijds verlagen we hiermee de  jaarlijkse rente- en afschrijvingslasten en anderzijds wordt hiermee  de jaarlijkse storting in de onderhoudsvoorziening voor de insteekhaven gedekt.

Door de opgelopen vertraging moet er, conform de aanbestedingsvoorwaarden, een GWW (grond-weg- en waterbouw) indexatie worden toegepast. De combinatie Mourik/F.L. bv heeft aangegeven dat er rekening moet worden gehouden met forse prijsstijgingen als gevolg van de  marktontwikkelingen met name op het gebied van zand- en staalkosten. Daarvoor hebben we met Mourik afspraken gemaakt over de methodiek van indexeren. Wanneer bij definitieve inwerkingtreding duidelijk is wat de consequenties gaan zijn, moet dit voor het beschikbaar gestelde krediet en de vastgestelde exploitatieopzet in beeld worden gebracht. Het gaat dan om het saldo van de optimalisaties en de extra kosten van de indexaties. 

Het bestek waarop de inschrijving is gebaseerd wordt ook door de gemeente  doorgerekend op de effecten van de meest actuele stand van de indexaties. Op basis van de tot nu toe verantwoorde en nog te verwachten kosten en de huidige indexatiecijfers (juni 2024) is op dit moment per saldo een stijging van de kosten te verwachten van ca. € 5,2 miljoen. Ten opzichte van de vorige voortgangsrapportage (mei 2024) is dat een verlaging van € 0,5 miljoen.
Het geraamde bedrag voor kapitaallasten waarmee in de huidige meerjarenbegroting rekening wordt gehouden is toereikend. Wel is in de Kadernota 2025 op basis van de meest recente inzichten de startdatum voor de raming van de kapitaallasten bijgesteld. In de meerjarenbegroting 2025-2028 wordt nu uitgegaan van kapitaallasten met ingang van 2028.
Voor de nota grondexploitatie 2024 (raadsvergadering 27 juni 2024) is de exploitatieopzet voor de insteekhaven bijgesteld. 

Op het moment van definitieve inwerkingtreding van de gunning zal bekeken moeten worden in hoeverre de huidige risicoreserveringen (krediet en grondexploitatie) bijgesteld moeten worden. Naast het effect van de hierboven vermelde optimalisaties en indexaties dient dan ook gekeken te worden naar de nog te maken kosten tijdens de fase van de gunning tot aan de start van definitieve uitvoering van het werk.

Risico’s
Voor het project is een risicodossier opgesteld waarin de volgende onderdelen zijn opgenomen: aantal risico’s zoals extra onderzoek, vertraging in de planning, extra uren organisatie en de risico’s die in het addendum zijn genoemd.
De risico’s komen nu vooral voort uit het stikstofdossier: er wordt geen Wet natuur bescherming-vergunning (Wnb) afgegeven, de bijdrage van de Provincie komt te vervallen en de raad gaat niet akkoord met de geïndexeerde aanneemsom. Voor deze risico’s zijn beheersmaatregelen getroffen in de vorm van opschortende voorwaarden, waarmee het financiële risico wordt beperkt tot € 200.000,- tot € 400.000,- afhankelijk van de toepasselijke voorwaarde. Er bestaat slechts recht op één van deze bedragen; er kan geen sprake zijn van cumulatie als meerdere voorwaarden van toepassing zijn.

Stikstof
Tegen de Wnb-vergunning voor de insteekhaven is beroep ingesteld door de Stichting van Gol naar Beter. De rechtbank Oost-Brabant heeft in zijn tussenuitspraak van 18 april 2024 een aantal gebreken geconstateerd in deze vergunning en het college van Gedeputeerde Staten (GS) de gelegenheid geboden deze gebreken te herstellen. Het gaat er met name om dat aan de hand van de meest recente natuurdoelanalyses moet worden onderbouwd dat de stikstofruimte die wij hebben gebruikt om de Wnb-vergunning voor ons project te krijgen niet reeds hoefde te worden ingezet om de instandhoudingsdoelen te halen en verslechtering tegen te gaan. Dit volgt uit Europese Habitatrichtlijn. 
De rechtbank heeft een termijn gesteld voor het nemen van een nieuw besluit. GS hebben de rechtbank laten weten hiervan gebruik te willen maken. In week 40 is het herstelbesluit - na twee gehonoreerde verzoeken om uitstel - aan de rechtbank gezonden. Mogelijk vindt er nog een tweede zitting plaats. Dit zal leiden tot een einduitspraak. Hoe lang dat allemaal duurt, is nog niet duidelijk. Tegen de einduitspraak van de rechtbank staat hoger beroep open bij de Raad van State. 

Organisatie
Gedurende de fase tot de feitelijke start van de werkzaamheden zal het aanbestedingsteam operationeel blijven maar met een lagere bezetting en frequentie.   Waar nodig wordt het werk aan de insteekhaven voortgezet en op het dossier stikstof wordt nu meer werk verricht. 

Voor de realisatiefase (na definitieve gunning) wordt het organisatieschema aangepast: 
-    Uitvoeringsteam met projectleider civiele techniek, directievoering en toezichthouders. 
-    Projectteam met algemene projectleider, omgevingsmanagement, civiele techniek, financiële mandatering en planning en control
-    Wekelijks overleg projectleiding, civiel technisch projectleider en wethouder
-    Maandelijkse stuurgroep met de verantwoordelijke afdelingen (TREW en TORV/TOOR) en managers
-    College en raad informeren en consulteren via regulier P&C-cyclus in voor- en Najaarsbericht 

Tijd
Op dit moment is de voortgang afhankelijk van het al dan niet onherroepelijk worden van de verleende Wnb-vergunning. Zoals hiervoor vermeld is dit dossier nu bij de rechtbank die daar binnenkort een uitspraak over gaat doen, waarna de mogelijkheid tot hoger beroep bestaat. Een concrete tijdsplanning is daarom nog niet te geven. 

Informatie
Projectdossiers op deelonderwerpen (civiele techniek, risicodossier, omgevingsmanagement, stikstofdossier en communicatie), geven inhoudelijke informatie over het project.
Daarnaast worden de eerder genoemde kwartaal- en voortgangsrapportages nu 2 maal per jaar, via de reguliere P&C cyclus in het voor- en Najaarsbericht gepresenteerd. 

Kwaliteit
De kwaliteitseisen van stakeholders (o.a. RWS, WBD, toekomstige exploitant) zijn opgenomen in het definitief ontwerp, de bestekken en in de selectie- en aanbestedingsleidraad. 
Voor de uitvoeringsfase bevatten de contractstukken met de aannemer de geëiste en gewenste kwaliteitseisen waar men aan moet voldoen. Deze zijn ook o.a. opgesteld aan de hand van 4 EMVI-criteria: planning, waterveiligheid, risico’s en projectcommunicatie.

Gebiedsontsluiting Oostelijke Langstraat (GOL)

Gebiedsontsluiting Oostelijke Langstraat (GOL)

Terug naar navigatie - Gebiedsontsluiting Oostelijke Langstraat (GOL)

Voortgangsrapportage
Waalwijk, 16 oktober 2024

Project: Gebiedsontwikkeling Oostelijke Langstraat (GOL
Fase: Voorbereiding door aannemer
Doel: Het  verbeteren van de veiligheid rondom gevaarlijke op- en afritten en meer doorstroming van het verkeer op de A59 met behoud van de natuur, meer mogelijkheden voor recreatie en economische activiteiten en een betere leefbaarheid in de kernen.

Vooraf, leeswijzer
Voorliggende voortgangsrapportage is samengesteld ten behoeve van de projectbeheersing door de gemeenteraad. Met deze rapportage kan de gemeenteraad vaststellen en controleren of het project GOL  binnen de door haar vastgestelde beleidskaders ten uitvoer wordt gebracht. Het GOL is  een gemeentegrens overstijgend integraal project.  Gemeente Waalwijk, Heusden en waterschap Aa-en Maas zijn samen met de provincie risicodragende partijen. Er is gekozen voor een geïntegreerd contractvorm (UAV-GC) met een aanbesteding op prijs/kwaliteit. De aannemerscombinatie Mourik/Besix heeft het werk aangenomen. De combinatie is verantwoordelijk voor het ontwerp en de realisatie van het project.

Provincie Noord Brabant is opdrachtgever en  stuurt het project aan. Samen met de stakeholders is er een ambtelijke (ABG) en politieke (stuurgroep) rapportagelijn opgezet.

Deze voortgangsrapportage is samengesteld aan de hand van de GROTICK-methodiek voor projectbeheersing. De letters van het woord GROTICK staan voor de verschillende aspecten waaraan in de voortgangsrapportage aandacht wordt besteed. Deze aspecten zijn respectievelijk:
-    Geld
-    Risico's
-    Organisatie
-    Tijd
-    Informatie
-    Communicatie
-    Kwaliteit

Binnen de projectorganisatie zijn het dezelfde aspecten die worden bewaakt om daarmee maximaal zeker te stellen dat het project zich binnen de kaders ontwikkeld die door de Raad zijn aangegeven en die de projectorganisatie zichzelf ten doel heeft gesteld.  
Hieronder wordt over elk van bovengenoemde GROTICK-aspecten verslag gedaan.


Geld
De onderhandelingen met de combinatie Mourik-Besix over de vertragingskosten, stand-stil periode, Vtw’s (verzoek tot wijzigingen), scope en indexering zijn naar aanleiding van het besluit in de Stuurgroepvergadering van 13 juni 2024 weer opgestart. Dit is vooruitlopend op de uitspraak van de Raad van State met als rede om extra projectkosten te voorkomen.

Door alle opgelopen vertraging is er een aanvullende financieringsvraag nodig voor alle betalende partners en hiervoor een besluit van de gemeenteraden. Dit zal, na een positieve uitspraak van de Raad van State, zo spoedig mogelijk worden opgestart.

Hierna een opsomming van de reeds genomen besluiten;
In de raadsvergadering van 14 april 2020 zijn door de raad de benodigde middelen voor het GOL beschikbaar gesteld. In de raadsvergadering van 7 juli 2021 is een aanvullend krediet beschikbaar gesteld.

Raadsvoorstel 14 april 2020 (begrotingswijziging 2020/06)
De totale bijdrage van het GOL door de gemeente Waalwijk bedraagt € 26,6 miljoen. Hierop kunnen een bedrag voor nog te verrekenen kosten met de provincie en de waarde van de door de gemeente voor het project ingebrachte gronden in mindering worden gebracht. Daarnaast is op 14 november 2013 al een krediet van € 1,6 miljoen beschikbaar gesteld. Verder dient rekening te worden gehouden met een bedrag voor interne kosten tijdens de realisatiefase. Er is een krediet beschikbaar gesteld van € 23.195.000. De totale jaarlijkse kapitaallasten met ingang van 2024 bedragen € 992.000.
Het afwaarderen van de ingebrachte gronden wordt ten laste gebracht van de reserve mobiliteit. Met ingang van 1 januari 2020 bedraagt het saldo van deze reserve dan € 4.927.732.
Ter (gedeeltelijke) dekking van de kapitaallasten wordt een geblokkeerde reserve gevormd. Hierin wordt het restant gestort van de reserve mobiliteit (€ 4.927.732) en een bedrag van € 4,7 miljoen vanuit de Algemene Reserve.

Raadsvoorstel 7 juli 2021 (begrotingswijziging 2021/19)
Het huidige projectbudget blijkt ontoereikend te zijn voor de uitvoering. Het tekort op het totale projectbudget wordt ingeschat op een bedrag van € 10,5 miljoen. Dit betekent voor de gemeente Waalwijk een extra bijdrage van € 3,1 miljoen (aandeel 29%). Voorgesteld wordt het in april 2020 beschikbaar gestelde krediet (begrotingswijziging 2020/06) met deze aanvullende bijdrage te verhogen. In de bijgestelde meerjarenbegroting 2022 t/m 2025 voor de Kadernota 2022, die in de raadsvergadering van 15 juli aan de orde is, is reeds rekening gehouden met een extra jaarlijkse kapitaallasten van € 120.000 met ingang van 2024. Dit geconstateerde tekort is gebaseerd op start uitvoering oktober 2021.

De dekking van de kapitaallasten (met ingang van 2024) is dan als volgt:
•    Een bedrag van € 188.000 als gevolg van een verhoging van de OZB-opbrengst;
•    Jaarlijkse onttrekking ten laste van de geblokkeerde reserve voor een bedrag van € 240.000;
•    Met ingang van 2024 een jaarlijkse kapitaallast in de begroting van € 684.000.

Kadernota 2025
Naar aanleiding van de 2e tussenuitspraak in februari 2024 (zie toelichting hieronder) is in de Kadernota 2025 (raadvergadering 4 juli 2024) rekening gehouden met een bijstelling van de ramingen van de kapitaallasten voor de meerjarenbegroting. In de begroting 2025 (behandeling raadsvergadering 7 november) wordt uitgegaan van kapitaallasten met ingang van 2027.
Daarnaast wordt in de Kadernota 2025 uitgegaan van een aanvullende bijdrage van € 13 miljoen voor het GOL ten laste van de algemene reserve.

Risico’s
Uitspraak Raad van State:
Afgewacht dient te worden wanneer en hoe de Raad van State een definitieve uitspraak doet.  Zodra de uitspraak is ontvangen wordt onderzocht wat dit betekent voor de planning en beschikbaar gestelde middelen.

Stikstof:
Op 25 juli 2022 hebben Gedeputeerde Staten een vergunning Wet Natuurbescherming verleend en heeft tot en met dinsdag 20 september 2022 ter inzage gelegen.
Hierop zijn drie beroepen ingediend. De inhoud van deze beroepen richt zich voornamelijk op de onderbouwing die is geleverd op de natuurvergunning (stikstof). Ze gaan in op het extern salderen, de Brabantse Ontwikkelaanpak Stikstof (BOS) en de onderliggende verkeerscijfers (verkeersmodel GOL).
De Raad van State heeft in haar tweede tussenuitspraak veel van deze beroepen niet ontvankelijk verklaart, echter vraagt nog een reparatie van twee tekortkomingen. Deze twee tekortkomingen zijn door de Provincie aangevuld en op 30 mei 2024 voorgelegd aan de Raad van State.

Communicatie:
Rapportages via allerlei gremia waardoor informatie niet op tijd of onjuist wordt gedeeld.

Organisatie
De projectorganisatie valt onder de verantwoordelijkheid van de Provincie Noord Brabant. De gemeente heeft een toetsende en vergunningverlenende rol. De aannemer heeft inmiddels het uitvoeringsontwerp afgerond.  
Door de vertraagde uitspraak van de Raad van State zijn de projectorganisaties afgeschaald en beperkt in stand gehouden. Vanaf 13 juni 2024 zijn, vooruitlopend op de uitspraak van de Raad van State, de gesprekken met de aannemer opgestart.

Tijd
Op 30 mei 2024 is er door de provincie een aanvulling verstuurd aan de raad van State en hiervoor is op 10 december 2024 een zitting gepland. 

Hierna een opsomming van de eerder vermelden onderwerpen:
De zitting van de Raad van State is uitgesteld door de corona crisis en heeft een jaar na oorspronkelijke planning plaatsgevonden (20 en 21 januari 2021 ). Zoals in de raadinformatiebrief op 8 december 2020 is gemeld heeft deze vertraging financiële gevolgen.
Op 15 juli 2022 hebben Provinciale Staten de gewijzigde Provinciaal Inpassingsplannen (PIP) voor de Gebiedsontwikkeling Oostelijke Langstraat Oost en West vastgesteld. En op 25 juli 2022 hebben Gedeputeerde Staten een vergunning Wet Natuurbescherming verleend. 
Op 14 september 2023 hebben wij voor de tweede maal een brief ontvangen waarin de Raad van State de termijn voor het doen van een uitspraak verlengd. Als reden geven zij op dat de Afdeling meer tijd nodig heeft in verband met ziekte. Aanvullend geven zij ook aan dat zij zich het grote belang van deze zaak realiseert en dat zij er alles aan doet om uiterlijk eind december 2023 een uitspraak te doen.
Op 15 december 2024 hebben wij voor de derde keer een brief ontvangen waarin de Raad van State de termijn voor het doen van een uitspraak verlengd.
Op 14 februari 2024 is een tweede tussenuitspraak gekomen van de raad van State en constateert – in haar eigen woorden – “een kleine technische omissie in een van de planregels twee tekortkomingen in de aangepaste plannen.” Op basis van deze tweede tussenuitspraak: 
•    Worden de provinciale inpassingsplannen GOL Oost en West gewijzigd door Provinciale Staten.
•    zal een nadere onderbouwing worden aangeleverd aan de Afdeling waarin wordt onderbouwd dat wordt voldaan aan de eisen die worden gesteld aan extern salderen.

Informatie
Informatie wordt door de provincie gedeeld met de risicodragende partijen en relevante stakeholders (waaronder gemeente Waalwijk). Hiervoor zijn diverse bestuurlijke en ambtelijke overleggen geïnitieerd. Het project wordt door diverse externe partijen kritisch gevolgd. Dit zijn stichtingen ( waaronder “Van GOL naar Beter”, “Federatie Behoudt de Langstraatspoorbruggen”) en personen. Gedurende de voorbereiding van het project zijn er zienswijzen, bezwaren en beroep ingesteld. Het beroep tegen het provinciaal inpassingsplan en de daarmee gecoördineerde vergunningen wordt door de Raad van State behandeld.  

Communicatie (resultaten, activiteiten)
De projectcommunicatie wordt door de provincie gedaan. De uitvoeringscommunicatie door de aannemerscombinatie. Periodiek vindt er een omgevingsoverleg plaats met de risicodragend partijen waarbij team communicatie is aangehaakt.

Kwaliteit 
Door de risicodragende partijen zijn kwaliteitseisen meegegeven. Deze zijn verwerkt in het UAV-GC (Uniforme Administratieve Voorwaarden - Geïntegreerd Contract) contract en daarop is de aannemerscombinatie geselecteerd. Op naleving van deze eisen wordt door de Provincie gestuurd en getoetst, eventuele afwijkingen worden gedeeld met de risicodragende partijen.

Tussenvoorziening / opvanghotel

Tussenvoorziening / opvanghotel

Terug naar navigatie - Tussenvoorziening / opvanghotel

Sinds 12 september 2022 vangen we Oekraïense vluchtelingen en statushouders op in het hotelgebouw aan de Bevrijdingsweg 1 in Sprang-Capelle. In deze locatie hebben we 231 opvangplekken voor Oekraïense vluchtelingen en 35 voor statushouders. 

Met ingang van het Voorjaarsbericht 2023 wordt ten behoeve van de projectbeheersing door de gemeenteraad via de P&C-cyclus gerapporteerd als majeur project . Met deze rapportage kan de gemeenteraad vaststellen en controleren of het project tussenvoorziening / opvanghotel binnen de door haar vastgestelde beleidskaders ten uitvoer wordt gebracht.

In deze GROTICK-rapportage staat GROTICK  voor: 
•    Geld.
•    Risico's.
•    Organisatie.
•    Tijd.
•    Informatie.
•    Communicatie.
•    Kwaliteit

Geld
Kosten
De uitgaven van de opvang in het hotelgebouw in 2024 hebben we geraamd op €9,7 miljoen. Op basis van de uitgaven in de eerste 3 kwartalen verwachten we dat dit bedrag uit zal komen op €10,6 miljoen. De verhoging is het gevolg van hogere personeelskosten van onder andere locatiemanagement en de basisarts.

Baten
Van het rijk ontvangen we een normbedrag voor de opvang van Oekraïense vluchtelingen. Voor deze locatie gaat het om €5,1 miljoen in 2024. In september hebben we de eigen bijdrage ingevoerd (Op 20 augustus informeerden we uw raad met brief 080-24 over de invoering van de eigen bijdrage).   Meerderjarige volwassenen met inkomsten die in onze opvanglocaties verblijven betalen een bijdrage voor de kosten van hun opvang. Voor de opvang in het hotel gaat het om een bedrag van €347 per volwassene en €694 voor gezinnen met 2 volwassenen en stellen. We verwachten in 2024 op deze locatie een bedrag van €200.000 voor de eigen bijdrage te ontvangen.
Voor de opvang van statushouders ontvangen we een vergoeding van het COA. We hadden de verwachting dat dit bedrag in 2024 uit zou komen op €1 miljoen. Doordat de doorstroom van statushouders naar een woning trager verloopt dan we voorzien hadden, hebben we minder nieuwe statushouders in het hotel kunnen verwelkomen. Daardoor komt de vergoeding van het COA wat lager uit (€0,9 miljoen). De directe kosten voor de opvang van statushouders, zoals de kosten van eten en drinken, brengen we ten laste van dit bedrag. 

Balans
We verwachten in 2024 een tekort van €4,7 miljoen op de opvang van Oekraïense vluchtelingen in het hotel. Om dit tekort te dekken doen we net als in 2023 een beroep op de Bekostigingsregeling opvang ontheemden Oekraïne. Deze regeling garandeert gemeenten dat ze de voor opvang van Oekraïense vluchtelingen gemaakte kosten vergoed krijgen. Zo zijn er geen gevolgen voor de gemeentebegroting.
Net zoals in 2023 voegen we het restant van de HAR-gelden toe aan de bestemmingsreserve opvang vluchtelingen. In 2024 gaat het naar verwachting om €0,5 miljoen.

Risico's
We zien de volgende risico’s:
1.  Doorstroom-strategie hotel
We vangen nu een grote groep vluchtelingen en statushouders op in het hotel. Dit is een tijdelijke situatie die vooralsnog duurt tot 12 september 2025. Wanneer de opvang op deze locatie stopt, ligt er een aanzienlijke opgave om de Oekraïense vluchtelingen onder te brengen op een andere locatie en/of te begeleiden naar hun thuisland. De bescherming loopt in ieder geval door tot 4 maart 2026. Ervan uitgaande dat de oorlog in Oekraïne voorlopig aanhoudt, zullen we moeten zoeken naar alternatieve opvangplekken. Met name het vinden van een of meer geschikte locaties waar we deze groep in flex-verblijven kunnen onderbrengen is een urgent probleem.
2.  Doorstroom statushouders
We zien dat het moeilijk is om voor statushouders passende woningen te vinden. Dit betekent dat statushouders steeds vaker voor een langere periode in het opvanghotel verblijven. Alhoewel de kinderen naar school gaan in Waalwijk en de volwassenen kunnen starten met inburgeren, is dit geen ideale situatie. Door statushouders in het hotel op te vangen, willen we ook de asielketen ontlasten. Wanneer er weinig doorstroming is, bereiken we dat doel in mindere mate.

Organisatie
In het opvanghotel werken we samen met het Rode Kruis, het hotel en de beveiliging. De gemeente voert de regie. De betrokken medewerkers namens de gemeente zijn hiervoor ingehuurd of vrijgemaakt. Deze inzet leidt niet tot organisatorische problemen in het gemeentelijke apparaat. De kosten van deze inzet vergoedt het rijk.

Tijd
Op 12 maart jl. heef het college besloten de opvang in het hotel met een jaar te verlengen. De nieuwe einddatum is 12 september 2025. De brief hierover is hier te vinden: raadsinformatiebrief 020-24.

Informatie
Via de reguliere P&C-cyclus en op verzoek delen we de voortgang in het opvanghotel.

Communicatie
We hebben geïnvesteerd in het betrekken van inwoners bij de opvang in het hotel. Sinds de start hebben we 3 brieven aan inwoners gestuurd.

Kwaliteit
Uit onderzoek blijkt dat de vluchtelingen in de opvang tevreden zijn. Zowel de statushouders als de Oekraïense vluchtelingen voelen zich veilig in de opvanglocatie, ze ervaren rust, voelen zich op hun gemak en doen naar vermogen mee in de samenleving.
Op 10 oktober was een journalist van het Brabants Dagblad te gast in het hotel en sprak hij met bewoners en vrijwilligers. Het artikel hierover verwachten we in het weekend van 20 oktober.

Invoering Omgevingswet

Omgevingswet

Terug naar navigatie - Omgevingswet

Grotick Omgevingswet

Op 1 januari 2024 is de Omgevingswet officieel ingevoerd. Het gros van de implementatiewerkzaamheden is afgerond en belegd in de lijn. De komende jaren volgen echter nog enkele trajecten met een langer tijdpad, zoals de omgevingsvisie en het omgevingsplan.  De volledige afronding van de implementatie wordt voorzien in 2032, het moment waarop het omgevingsplan nieuwe stijl voor gemeente Waalwijk gereed moet zijn.  

Op verzoek van de raad is met ingang van het Najaarsbericht 2023 een Grotick-rapportage toegevoegd voor het onderdeel Omgevingswet, met een toelichting op de aspecten geld, risico's, organisatie, tijd, informatie, communicatie en kwaliteit.

Geld
In het vorige collegeprogramma (2018-2022) is voor de jaren 2019 tot en met 2022 een bedrag van € 600.000 opgenomen. Dit bedrag is toegevoegd aan de reeds bestaande reserve ruimtelijke beleidsplannen (saldo € 365.000). In totaal was hiermee een bedrag van € 965.000 beschikbaar. In totaal is er per eind 2022 een bedrag van € 565.000 ten laste van deze reserve gebracht. Het saldo per eind 2022 bedroeg daarmee € 400.000. In de begroting 2023 is incidenteel een bedrag van € 1,2 miljoen beschikbaar gesteld, per saldo was hiermee per begin 2023 een bedrag van € 1,6 miljoen beschikbaar.
Daarnaast is in de begroting 2023 incidenteel een bedrag van € 100.000 beschikbaar gesteld voor het opstellen van een stedenbouwkundige visie. Bij het Najaarsbericht 2023 is bij het onderdeel ‘budgetoverheveling’ voorgesteld om dit bedrag toe te voegen aan de reserve voor de omgevingswet. Eind 2023 is nog € 1.388.000 in de reserve beschikbaar. Zoals in het voorjaarsbericht aangegeven zijn er voor het jaar 2024 voldoende middelen beschikbaar, en met een doorkijk naar het jaar 2025 is dit ook het geval.  
Het gaat hier om kosten voor externe ondersteuning voor projectleiding, de omgevingsvisie, het omgevingsplan, vervangende inhuur, nieuwe functies, communicatie en ict.  Wat de eventueel structurele financiële effecten van de invoering van de Omgevingswet  zijn, wordt nog bezien. Hierover is landelijk ook nog weinig bekend. 

Risico's 
Net als in het voorjaarsbericht aangegeven is overschrijding van de vergunning-termijn een te benoemen risico, dat zich nog niet heeft voorgedaan. Na invoering van de Omgevingswet moet een vergunning binnen 8 weken worden afgegeven, met een verlenging van maximaal 6 weken. Het werkproces in de organisatie is daar inmiddels op ingericht. De Raad heeft in december 2021 aangegeven voor dezelfde categorie als voorheen een adviesrol te willen blijven invullen. Onder de Omgevingswet gaat het om een bindend advies. Dat betekent dat in de periode van 8 weken de raad een uitspraak moet hebben gedaan, waar het college aan is gebonden. Zonder advies van de raad kan geen vergunning worden verleend. Bij het niet op tijd verlenen van een vergunning is er het risico van het opleggen van een dwangsom.  Tot op heden heeft zich een dergelijke situatie niet voorgedaan. Samen met de raadswerkgroep Participatie RO wordt bekeken hoe betrokkenheid van de Raad bij ruimtelijke initiatieven kan worden geoptimaliseerd, naar aanleiding van het Rekenkamer onderzoek over participatie en de Omgevingswet. 
Voor het nieuwe digitale stelsel zijn we afhankelijk van de landelijke ontwikkelingen. De gemeente Waalwijk is aangesloten en voldoet aan alle beschikbare koppelingen. Tot op heden zijn er geen grote knelpunten ontstaan.

Organisatie
Bij de invoering van de Omgevingswet zijn veel medewerkers betrokken en het betreft verschillende onderdelen. Een groot aantal implementatiewerkzaamheden zijn afgerond of belegd als regulier werk binnen de lijnorganisatie. Sommige onderdelen kennen een langere doorlooptijd. De komende periode wordt bekeken of ook de nog lopende onderdelen behorend tot het implementatietraject kunnen worden belegd in de lijn. Dit zou betekenen dat de projectorganisatie kan worden ontbonden en de budgetten bij de betreffende verantwoordelijke lijnonderdelen kunnen worden ondergebracht. 

Tijd
De gemeente Waalwijk was op 1 januari 2024 klaar voor de invoering van de Omgevingswet.  Ook de onderdelen uit de transitieperiode (omgevingsvisie en omgevingsplan) verlopen op schema. 

Informatie 
Bij het opstellen van de omgevingsvisie wordt de raad op verschillende manier en momenten betrokken. Op 19 september heeft een informatieve avond plaatsgevonden over de ontwikkelrichtingen voor gemeente Waalwijk. Op 21 november 2024 is het volgende moment waarop een informatieve avond over omgevingsvisie staat gepland, dan betrekken we de raad bij het opstellen van de koers voor gemeente Waalwijk. Inwoners en bedrijven worden op verschillende manieren geïnformeerd en ondersteund voor de gevolgen van de Omgevingswet. De website is aangepast en wordt actueel gehouden, en er is een front-office voor vragen over ruimtelijke initiatieven. 

Communicatie
Via het participatieplatform van de gemeente kunnen alle processtappen van de Omgevingsvisie Waalwijk 2050 worden gevolgd. Op dit platform staan de lopende participatietrajecten en vindt ook een terugkoppeling plaats van afgeronde stappen. Het participatietraject voor de omgevingsvisie wordt gevoerd onder de naam “De toekomst van Gemeente Waalwijk”. 

Kwaliteit 
De invoering van de Omgevingswet moet op de langere termijn effect gaan krijgen op de kwaliteit van de dienstverlening voor wat betreft integraliteit, participatie en deregulering. Dit zal wellicht onder anderen meer concreet vorm krijgen zodra het omgevingsplan nieuwe stijl het huidige omgevingsplan van rechtswege stap voor stap gaat vervangen. 

Implementatie Samen Redzaam

Grotick

Terug naar navigatie - Grotick

1.    Inleiding

Ambities en doelen
Met het Implementatieplan Samen Redzaam werken we aan de volgende 3 ambities:
1.    We versterken de sociale veerkracht van onze inwoners en gemeenschappen/samenleving.
2.    We vergroten de impact die we maken voor onze inwoners en gemeenschappen.
3.    De integrale inzet op preventie leidt tot beter passende ondersteuning en zorg. 

Daaronder hangen de volgende doelen, waarbij de nummering past bij de ambitie:
1.1.    De sociale veerkracht van inwoners neemt toe vanaf het moment van de nulmeting in 2024.
1.2.    De sociaal economische status van de aandachtswijken in Waalwijk is in 2026 toegenomen ten opzichte van de SES-WOA score van het CBS in 2021.
1.3.    Inwoners nemen de regie in het versterken van de sociale veerkracht van de eigen leefomgeving.

2.1    We kennen onze inwoners, buurten en wijken en we passen in gezamenlijkheid het aanbod continu aan op hun behoefte.
2.2    Er is continuïteit in de activiteiten voor alle inwoners en in de aanwezigheid van professionals in de wijken.
2.3    Onze sturing is gericht op het effect dat de inzet heeft voor onze inwoners.

3.1.    We hebben een dekkend ondersteuningsaanbod in de sociale basis en indicatievrije ondersteuning (trede 1, 2 en 3).
3.2.    De ondersteuning die we bieden creëert zo min mogelijk afhankelijkheid van professionals.
3.3.    Voor inwoners die enkel zorg kunnen ontvangen op basis van een indicatie en waar het gaat over een langdurige zorgvraag wordt actief gestuurd op inzet vanuit de Wlz (Wet langdurige zorg). 

In deze rapportage geven we aan hoe we ervoor staan op het gebied van geld, risico’s, organisatie, tijd, informatie, communicatie en kwaliteit. 

2.     GROTICK
2.1.    Geld
Met de inzet van deze middelen is een implementatieplan opgesteld en wordt het eerste deel van de implementatie bekostigd. Bij de Kadernota 2025 is het implementatieplan verder financieel vertaald. 

Voor de implementatie van de koers is voor 2023 en 2024 een bedrag van € 1,3 miljoen beschikbaar gesteld. De verwachting is dat dit bedrag volledig wordt besteed in 2024. Hieronder is een actuele stand van zaken weergegeven tot op heden:

 

2023

2023 besteed

2024 prognose

Nog beschikbaar

Stand van zaken

Transformatiebudget voor 2023 en 2024 bestaat uit:

 € 1.300.000

 

     

Tijdelijke formatie; vrijmaken zittend personeel en toevoegen expertise

 

 €    600.000

 €    3.520

€    596.480 

       €                0 

Dit betreft de ondersteuning binnen MAO, Wijz en LTH zodat we voldoende capaciteit vanuit de inhoudelijke teams beschikbaar hebben voor de implementatie, én lopende zaken. We zetten hiervoor beleidsadviseurs, uitvoerende medewerkers en een verbindingsregisseur Zorg en Veiligheid in. 

Tijdelijke formatie ondersteunende teams

 

 €    300.000

 €    24.660

€    300.340

-/- €    25.000

Er is een business controller sociaal domein en een communicatiestrateeg gestart. Daarnaast is er nog wat ruimte voor ondersteuning vanuit HR. De verwachting is dat we vanwege extra benodigde inzet meer lasten hebben dan begroot. Binnen het totaal van het implementatieplan is hiervoor dekking mogelijk. 

Opzetten en implementeren monitor Sociaal Domein

 

 €    300.000

 €    15.300

€    284.700

     €                  0

Purpose is gestart met het ontwerpen en bouwen van de monitor sociaal domein. Daarnaast is er ondersteuning nodig intern om ervoor te zorgen dat we de monitor in onze systemen bouwen en borgen. 

Opleiding, communicatie en onvoorzien

 

 €    100.000

 €    14.000

€      61.000

    €     25.000

Hiervoor wordt managementondersteuning, juridische ondersteuning en opleiding ingezet. Naar verwachting zal het budget niet volledig worden ingezet. Binnen het totale implementatieplan zal het restant als dekking worden ingezet voor de meerkosten op financiën en communicatie. 

Totaal

€ 1.300.000

€    57.480

€ 1.242.520

    €                0

 

Het restantbedrag per 1 januari 2024 voor het transformatiebudget Koers Sociaal Domein is € 1.242.520. 
In de raadsvergadering van juni 2023 (Raadsvoorstel Koers) was hiervoor een bedrag van € 1,3 miljoen beschikbaar gesteld. De dekking voor dit budget bestaat uit; een bedrag van € 375.000 (ten laste van Reserve Sociaal Domein), een bedrag van € 150.000 ten laste van het werkbudget programma jeugd (Beleidsreserve) en een bedrag van € 775.000 ten laste van de Algemene Reserve. De uitgaven vinden verspreid plaats in 2023, 2024 en 2025. In 2023 is een bedrag van € 57.480 uitgegeven. Hiervoor heeft een onttrekking plaatsgevonden ten laste van de reserve sociaal domein. 

Voorstel Najaarsbericht 2024
Het restantbedrag € 1.242,520 blijft beschikbaar voor verdere uitvoering in 2024, waar momenteel druk wordt gewerkt aan het inrichten en implementeren. De verwachting is dat het budget voor het implementatieplan volledig zal worden benut.  

2.2.    Risico’s
Bemensing:
De implementatie vraagt op specifieke onderdelen expertise die we niet in huis hebben. Bijvoorbeeld als het gaat over community building, impactgericht subsidiëren en data analyse. Daarnaast vraagt de inrichting van het voorliggend veld om andere typen professionals, zoals gezinscoaches voor het team jeugd en gezin. Deze hebben we niet in huis. Het vinden en inwerken van de juiste professionals kost tijd.

Werkdruk:
Omdat we de transformatie vormgeven terwijl de ‘reguliere’ werkzaamheden doorlopen, geeft dat druk op de capaciteit. Een veranderopgave is an sich al lastig maar als dat gepaard gaat met hoge werkdruk maakt het dat moeilijker. Daarom starten we met de vraag ‘wat gaan we niet meer doen’. Belangrijkste kader daarvoor is de bijdrage van activiteiten aan de ambities en doelen. Zo beogen we rust en ruimte te creëren t.b.v. de transformatie en tegelijkertijd te werken aan die transformatie.

Autonome ontwikkelingen en financiële onzekerheden:
We hebben weinig tot geen invloed op een aantal grote ontwikkelingen die van invloed zijn op de beheersbaarheid, in aantallen en kosten, van het sociaal domein. De belangrijkste zijn de vergrijzing, indexaties, complexiteit van de zorgvragen en ontwikkelingen vanuit het Rijk en de regio. Met name de landelijke en regionale ontwikkelingen volgen we nauwlettend.
 

2.3     Organisatie
We hebben een tijdelijke programmaorganisatie ingericht voor de implementatie, als volgt:

Deze structuur biedt houvast tijdens de transformatie. De rollen en verantwoordelijkheden hebben we ook verder uitgewerkt.

2.4    Tijd
Op 11 april 2024 heeft de raad het implementatieplan “Samen Redzaam” vastgesteld. 
De implementatieperiode is 2024 t/m 2027. De planning op hoofdlijnen ziet er als volgt uit:
 

Met borgen beginnen we al eerder. Eigenlijk doen we dat parallel aan de planontwikkeling. Volgend jaar start de implementatiefase en onderdeel daarvan is overdracht en borging naar de ‘lijnorganisatie’, omdat bijna alle elementen uit het programma structureel voortgezet zullen worden. Vanuit beleid en teamontwikkeling gaan we aan de slag om de organisatie gereed te maken voor deze structurele borging. 

2.5    Informatie
We maken gebruik van diverse manieren om de interne organisatie te informeren. Dat doen we via intranet, met een nieuwsbrief en via de teamoverleggen. We hebben dit verder uitgewerkt onder communicatie. Met de externe partners verloopt de communicatie via de account overleggen en heeft op 8 oktober een grote bijeenkomst plaatsgevonden. Ook dit is verder uitgewerkt onder communicatie. 

Het college wenst de wijze van verantwoording te vereenvoudigen/verbeteren, in elk geval t.a.v. het sociaal domein. Dat zou kunnen betekenen dat de wijze van verantwoording t.a.v. het sociaal domein d.m.v. een GROTICK zoals deze nu is opgenomen voor het sociaal domein, gaat wijzigen. We leggen nu immers op 3 manieren verantwoording af (via Najaar/voorjaarsbericht, maar dit is vooral een afwijkingenrapportage, door middel van RIB's wanneer dit inhoudelijk noodzakelijk wordt geacht en door middel van GROTICK's).

2.6    Communicatie
Voor de interne communicatie is het plan gereed. Daarbij hoort de intranetomgeving, een maandelijkse nieuwsbrief en een overlegstructuur waarin de volgende actoren doorlopend worden geïnformeerd en geraadpleegd:

Gemeenteraad 1x per halfjaar
College 1x per kwartaal
Sociale Adviesraad 1x per kwartaal
Interne teams 1x per kwartaal
Stuurgroep 1x per maand
Programmateam 1x per week
Werkgroepen 1x per 2 weken
Kartrekkers werkgroepen 1x per maand
Kartrekkers werkgroepen 1 x per maand

Deze overleggen passen in de programmastructuur zoals hiervoor weergegeven. 

Voor de externe communicatie wordt het plan nu opgesteld. We informeren partners op dit moment via de account overleggen. Daarnaast heeft er op 8 oktober een grote bijeenkomst plaatsgevonden in het RKC stadion. Om ze vanaf nu breder te informeren is het emailadres ‘samenredzaam@waalwijk.nl’ aangemaakt. Via dit kanaal gaan we periodiek een nieuwsbrief naar partners versturen, kleinschaligere bijeenkomsten organiseren rondom implementatieactiviteiten en daarbij ook de inwoners betrekken. 
Dit wordt uitgewerkt door een strategisch communicatieadviseur in samenwerking met het programmateam. 

2.7    Kwaliteit
We kiezen voor een programmatische aanpak, omdat het hier gaat over een complexe veranderopgave. Het is van groot belang om de juiste expertise in te zetten voor specifieke onderdelen. Daarnaast is monitoring van belang zodat we tijdig kunnen bijsturen om onze dienstverlening op orde te houden.