Bestuurlijk verantwoordelijk
Dilek Odabasi

Planning
Startdatum: 22-04-2021

Productnummer en naam

635

 

Maatwerk dienstverlening 18-

Structureel
Budgethouder Teammanager TWIJZ Portefeuillehouder D. Odabasi
Bedragen x € 1.000                                                       V = Voordeel     N = Nadeel
  2021 2022 2023 2024 2025

Lasten 

6635060 Landelijke inkoop

6635070 Arrangementen en overige zorgproducten

 

N      606

N      453

 

N      648

N      794

 

N      648

N      794

 

N      648

N      794

 

N      648

N      794

Baten  



Saldo N  1.059 N  1.446 N  1.446 N  1.446 N  1.446

In bovenstaand overzicht gaat het om de bijstellingen van de uitgaven Jeugdzorg die onderdeel uitmaken van de begroting Hart van Brabant. Hieronder wordt een toelichting gegeven op de situatie in 2020, de bijstelling van de begroting 2021 en de meerjarenbegroting 2022 tot en met 2025.

Algemeen
Voor de jeugdzorg worden door Hart van Brabant de ramingen gebaseerd op de uitgangspunten zoals vastgesteld in de Regionale Koers Jeugd(hulp) "Samen met de Jeugd" van december 2017.

De basis voor de begroting 2020 was de prognose per november 2019 verhoogd met een indexpercentage van 6%. Gedurende het jaar is er in augustus en december door Hart van Brabant een bijgestelde prognose opgesteld. De prognose van augustus is verwerkt in het Najaarsbericht 2020. Hierbij is rekening gehouden met een incidenteel nadeel. In de jaarrekening 2020 is uitgegaan van de prognose van december, aangezien de definitieve cijfers van Hart van Brabant pas in mei worden verwacht. Door incidentele voordelen (o.a. door afrekening 2019 en project bijzondere looptijden) is er in de jaarrekening per saldo geen sprake van een nadeel.


Landelijke zorg
Deze kosten zijn fors gestegen. Per client zijn de kosten hoog en de invloed hierop is voor de gemeente gering. Op basis van de huidige situatie wordt een verhoging van dit budget voor 2021 en de meerjarenbegroting noodzakelijk geacht. 

Verblijf (pleegzorg en overig)
Vergelijkbaar met landelijke zorg gaat het om hoge kosten per client en is de invloed voor de gemeente beperkt. Het aantal toewijzingen is gestegen. Daarnaast is er ook een verschuiving van weekend- naar weekverblijf. In de prognose van augustus werd onterecht nog uitgegaan van een daling van de kosten. In de prognose van december is dit aangepast. Evenals voor landelijke zorg wordt een verhoging van dit budget voor 2021 en de meerjarenbegroting noodzakelijk geacht.

Arrangementen 2017 en 2019
De beheersmaatregelen zijn met name van invloed op deze zorgproducten. De aantallen en kosten per eind 2020 komen grotendeels overeen met de opgestelde prognose in augustus. De aantallen en kostengroei zijn afgevlakt. De raming voor 2021 en de meerjarenbegroting sluit aan bij de prognose van december.

Voorjaarsbericht 2021
De huidige ramingen in de begroting 2021 zijn gebaseerd op de begroting Hart van Brabant voor 2020 en volgende jaren (onderdeel van begroting HvB mei 2020). Deze raming betreft de prognose per november 2019 verhoogd met een indexpercentage van 4,5%. In de regionale financiële kaders is afgesproken dat er bij een totale regionale afwijking van meer dan 5% van de prognoses ten opzichte van de oorspronkelijke begroting een herijkte begroting wordt opgesteld. Dit heeft zich in 2020 niet voorgedaan zodat er voor 2021 geen herijkte begroting is opgesteld.

Gelet op de afwijking van de prognose december 2020 ten opzichte van de begroting voor Waalwijk wordt voor het Voorjaarsbericht aangesloten op deze laatste prognose.

Meerjarenbegroting 2022 - 2025
In de kaderbrief Regio Hart van Brabant 2022 is voorgesteld om voor de financiële kadersv2022, zoveel als mogelijk, aan te sluiten op de uitgangspunten zoals in vastgesteld in de Regionale Koers Jeugd(hulp) "Samen met de Jeugd" (december 2017).vDit betekent dat de deelbegroting jeugd 2022 in relatie tot de zorgkosten wordt bepaald volgens de uitgangspunten:

  1. We begroten voor 2022 op basis van de laatst bekende prognose 2020, vermeerderd met het gecombineerd percentage autonome groei en inflatie voor 2021 en voor 2022.
  2. Voor het jaar 2022 bepalen we het gecombineerde percentage autonome groei en indexatie op 3,5%.

Voor de niet direct aan zorg gerelateerde kosten gelden de volgende uitgangspunten:

  1. Voor 2022 baseren we de regionale uitvoeringskosten op de vastgestelde uitvoeringsbegroting van 2021, vermeerderd met 1,5% indexatie.
  2. Het totale budget voor innovatie en borging innovatie is gelijk aan het budget van 2021; de risicoverevening wordt gelijk gehouden aan dat van de jaarrekening 2019. Bovenstaande bedragen zijn gebaseerd op deze uitgangspunten.

Beheersmaatregelen
De in de actualisatie van de begroting 2021 opgenomen beheersmaatregelen blijven gehandhaafd:

2021 2022 2023 2024
-445.000 -595.000 -745.000 -995.000
-150.000 -300.000 -300.000 -390.000

Beheersmaatregelen Jeugdwet – gestart eind 2019
Toen in september 2018 inzichtelijk werd dat de regio Hart van Brabant met forse tekorten op de jeugdhulp te maken kreeg, is regionaal gestart met het opstellen van beheersmaatregelen. Deze maatregelen hebben betrekking op de gemeentelijke toegangen en de aanbieders.
Om lokaal meer grip te krijgen op de uitgaven zijn daarnaast ook lokale beheersmaatregelen onderzocht en ingevoerd; trainen medewerkers, evaluatie trajecten, differentiëren taken toegang, toetsen van indicaties, project top 7 aanbieders, POH-JGGZ, verplicht plan van aanpak voor zorgaanbieders, project cliënten in top 15 (pgb) en top 25 (zin) en project verlengde jeugdwet.

Extra beheersmaatregelen Jeugdwet – met ingang van Actualisatie begroting 2021
Op de hierboven genoemde beheersmaatregelen is een extern advies ingewonnen. Dit heeft geleid tot de conclusie dat op de maatregelen herindicatie bij de toegang, POH-JGGZ, plan van aanpak en verlengde jeugdwet meer bespaard kan worden, oplopend tot een bedrag van € 390.000 in 2024.

Rapport AEF en algemene uitkering
In opdracht van het Rijk en de VNG is door AEF onderzocht of er structureel extra middelen nodig zijn voor de uitvoering van de Jeugdwet en welke maatregelen er genomen kunnen worden om de kosten te verlagen. Dit rapport is eind 2020 verschenen.

Binnenlands Bestuur 12 maart 2021:
De VNG wilde voor 2021 en 2022 een fors incidenteel bedrag van het kabinet om de acute financiële nood van gemeenten te lenigen. Dat zou nog met het huidige kabinet geregeld moeten worden. Vanaf 2023 moeten er structurele afspraken komen. Daarover moet een nieuw kabinet beslissen, maar een voorstel van een mix aan maatregelen en budget moet klaarliggen voordat de onderhandelingen voor een nieuw kabinet beginnen.

Door de VNG is overleg gevoerd met een delegatie van het kabinet. Er zouden contouren moeten komen over hoe om te gaan met het AEF-rapport. Deze zijn er niet gekomen. Het VNG-bestuur heeft daarop besloten arbitrage in te zetten. Op 1 mei zou er een semi-bindend advies moeten komen; hoe moeten de financiële problemen worden opgelost en welke afspraken moeten tussen kabinet en gemeenten worden gemaakt om te komen tot een toekomstbestendig jeugdstelsel.

Voor de jaren 2020 en 2021 zijn er door het Rijk incidenteel extra middelen beschikbaar gesteld. Bij het opstellen van de begroting 2021 is door zowel Provincie als Rijk aangegeven dat deze middelen door gemeenten structureel geraamd kunnen worden in de begroting. In de huidige meerjarenbegroting is voor de jaren 2022 tot en met 2024 rekening gehouden met een bedrag van € 750.000. Enkel voor 2022 is dit bedrag inmiddels definitief vastgesteld door het Rijk.

Maatregel:
In het Voorjaarsbericht 2021 rekening houden met bovenstaande structurele bijstellingen.