VJB23/6.04 WMO: Niet realiseren ombuiging Hulp bij Huishouden (HbH)

250

Bij de actualisatie van de begroting 2021 zijn in de meerjarenbegroting structurele ombuigingen geraamd voor het sociaal domein. Een van deze ombuigingen heeft betrekking op het budget voor Hulp bij Huishouden (HbH). De reden hiervoor was dat in verband met het afschaffen van de inkomenstoets en het verplicht hanteren van een uniform (laag) uurtarief de kosten fors waren gestegen. Het voornemen was om een budgetplafond te gaan instellen. 

Op basis van jurisprudentie is inmiddels duidelijk dat het instellen van een dergelijk plafond niet is toegestaan. Daarnaast blijkt op basis van de huidige zorgvraag en de stijging van het tarief als gevolg van de aanbesteding in 2022 de in de meerjarenbegroting geraamde ombuiging niet haalbaar. Voorgesteld wordt daarom om de meerjarenbegroting hierop structureel aan te passen. 

Met ingang van 2025 zal door het Rijk de inkomensafhankelijke bijdrage weer worden ingevoerd. In de algemene uitkering is hiermee door middel van een korting reeds rekening gehouden (meicirculaire 2022). Deze korting is in de meerjarenbegroting reeds vertaald als een structurele verlaging van het budget voor HbH met ingang van de begroting 2025.